Vlinders overwinteren in je struiken

In de herfst willen we nog wel eens de heggenschaar tevoorschijn toveren om de tuin flink bij te werken. “Let daarmee op”, waarschuwt Kars Veling van de Vlinderstichting. “Het kan zomaar dat er een citroenvlinder of een gehakkelde aurelia in de struiken zit.”

Nederlandse winters zijn te koud voor vlinders om actief te zijn. Het zijn insecten, een koudbloedige klasse, waardoor bewegen zonder warmte van de zon enorm veel energie kost. De manier waarop vlinders overwinteren verschilt per soort. Je hebt trekvlinders, zoals de atalanta, die in het najaar naar Zuid-Europa vliegen. Andere vlinders overwinteren in een vroeger stadium. Een koolwitje als pop, een koevinkje als rups en een sleedoornpage als eitje, om maar wat voorbeelden te noemen. Die kom je in de winter dus niet als vlinder tegen.

De citroenvlinder, de gehakkelde aurelia, de dagpauwoog en de kleine vos overwinteren hier wel als vlinder. “Dat zijn opportunisten”, vertelt Veling. “De dagpauwoog en de kleine vos kruipen binnenruimtes in, zoals holle bomen, schuurtjes of zelfs zolders. De citroenvlinder en de gehakkelde aurelia zijn nog taaier en overwinteren zelfs diep verscholen in groenblijvend struikgewas.”

Als je goed oplet kun je de soorten nu zelfs in het struikgewas of in de schuur zien zitten. Wanneer de lente aanbreekt is de kans groot dat je deze soorten als eerst rond ziet fladderen. “Met name de citroenvlinder, daarvan zijn de mannetjes in het vroege voorjaar enorm actief”, aldus Veling.

Ook soorten die niet als vlinder overwinteren maken gebruik van struiken. Zoals de naam van de sleedoornpage al aangeeft heeft deze vlinder de sleedoorn als waardplant. Het vrouwtje zet eitjes af in de oksels van sleedoorntakken, waar de eitjes overwinteren. In april kruipt er dan een nieuwe generatie rupsen tevoorschijn.

Je hele tuin laten overwoekeren door struiken en heggen vindt Veling ook niet nodig. Hij raadt aan om bijvoorbeeld elke herfst een derde van je struiken te snoeien, en elk jaar door te wisselen. “Zo is de boel gekortwiekt, maar blijft toch elk jaar twee derde van het struikgewas over. Daar hebben vlinders, maar ook pissebedden, egels en talloze andere beestjes, profijt van."

Bron: Vlinderstichting