Vleesetende planten vind je alleen op tropische oorden? Nee hoor, ze komen ook in Nederland voor. Zonnedauw is de bekendste maar het vleesetende blaasjeskruid en vetblad kun je hier ook vinden. Iedere plant heeft zijn eigen manier om insecten te vangen.
Vangen met vacuüm
Blaasjeskruid is een geslacht van vleesetende planten waaronder heel veel verschillende soorten vallen, zoals groot blaasjeskruid en loos blaasjeskruid. Deze planten vangen kleine diertjes allemaal op dezelfde manier: met blaasjes. Zo liggen de blaasjes van het groot blaasjeskruid tussen de wortels onder water. In de blaasjes heerst een onderdruk, ze zijn vacuüm. Wanneer er bijvoorbeeld een watervlo tegen een trilhaartje botst, gaat het klepje van het blaasje open. Omdat het blaasje grotendeels vacuüm is, wordt bij het openen water plus prooi razendsnel naar binnen gezogen. Daarna verteert de plant het diertje.
In dit Spaanse filmpje is goed te zien hoe zo'n blaasje werkt (rond de 44 seconden):
Dodelijke druppels
De naam is sprookjesachtig, maar zijn eetlust niet. Planten uit de Zonnedauwfamilie hebben tentakeltjes met dodelijke druppels. Niet omdat de druppels giftig zijn maar omdat ze kleverig zijn. Wanneer een insect erin terecht komt, zal hij er nooit meer uit komen. Langzaam vouwt de plant zijn tentakels richting het slachtoffer totdat hij om het insect gevouwen zit. Vervolgens wordt het insect verteerd. In Nederland kan je drie verschillende soorten tegenkomen: kleine, lange en ronde zonnedauw.
Dan is er ook nog het vetblad. Dit zeldzame plantje groeit ook op voedselarme grond. Om meer voedingsstoffen binnen te krijgen, heeft de plant een manier gevonden om insecten te vangen en te verteren. De bladeren van het vetblad liggen laag op de grond (zie onderstaande foto, de iets gelige bladeren onderaan de steel). Deze bladeren zijn bedekt met een zoetige, kleverige stof. Insecten die door de zoete stof aangetrokken worden, blijven vervolgens plakken op het blad. Als de prooi aan de rand van het blad terecht komt, kan het blad zich om het insect heen vouwen. Maar dit gebeurt niet altijd. Vervolgens scheiden de klieren van het blad zure verteringssappen uit die de prooi doen oplossen.