De ijsmassa op Groenland neemt al lange tijd af, maar de afgelopen twintig jaar gebeurt dat in een versneld tempo en het is feitelijk onomkeerbaar. Dat komt doordat de ijskappen daar langs de kust rond 1997 hun natuurlijke buffer kwijtraakten.
Bevroren smeltwater
De ijskappen bestond uit een tientallen meters dikke sneeuwlaag die het nieuwe smeltwater opving en vasthield. Schommelingen in temperatuur door zomer en winter hadden daardoor niet veel invloed op de ijsmassa's eronder. Maar deze sneeuwlaag op de ijskappen lijkt twintig jaar geleden verzadigd te zijn geraakt met bevroren smeltwater, zo ontdekten onderzoekers uit Utrecht.
Sindsdien loopt het nieuwe smeltwater direct de zee in waardoor de ijsmassa's eronder afnemen. Het jaarlijkse verlies is daardoor ongeveer drie keer zo groot als voor 1997. En dit proces is onomkeerbaar door de hogere temperaturen op Groenland, schrijven ze vrijdag in Nature Communications.
Door de opwarming zijn de ijskappen aan de rand daar over tachtig jaar ongeveer 20 tot 25 procent van hun volume kwijt. Dat leidt tot een zeespiegelstijging van ongeveer 4 centimeter extra, aldus de onderzoekers.