De vinkenbanen waren bedoeld als sport en om een snack te verzamelen. "Vinken waren de kroketten van die tijd", zegt Baeyens. Uit het boek: " ...
Vinkjes moeten met een goed stukje boter in de koekenpan gebraden en geroerd, tot ze flink krakend zijn. Volgens de Haagsche Kookschool worden vinken met spek omwonden en aan een naald gestoken, in de koekenpan gebraden. Braadtijd 15 à 20 minuten. Zij moeten zo croquant gebraden zijn dat het skelet zonder bezwaar kan worden gegeten."
De vinkenbanen hadden een vaste opzet. In oost-west richting werd een 'druip' aangelegd: een open veldje waarlangs twee slagnetten werden neergelegd. Parallel aan die druip lag 'de hout': bosjes waar de vinkachtigen op trek konden landen, al dan niet gelokt door vogels in een kooitje naast de slagnetten.
Vogelwet
Met de vogelwet van 1912 werd het eind van de vinkenbanen ingeluid. Maar niet voorgoed. Op een beperkt aantal plaatsen worden nog steeds vogels gevangen, soms zelfs op dezelfde plaats als waar een historische vinkenbaan lag. Maar nu worden de vogels vooral met mistnetten gevangen om ze vervolgens te ringen voor onderzoek aan de populatie.
Gert Baeyens met keep. Fotograaf: Rob Buiter
Het boek 'Pleisierig vinke’ en ‘lecker drinke’, De vinkenbanen van Bloemendaal is een uitgave van de Stichting Ons Bloemendaal. Meer informatie is
hier
te vinden.