Bijna tweehonderd landen hebben zaterdag in de Rwandese hoofdstad Kigali getekend voor een vermindering van de uitstoot van broeikasgas. Het gaat met name om gas dat wordt gebruikt in koelkasten en airconditioners. Het besluit moet op termijn bewerkstelligen dat de opwarming van de aarde wordt beperkt. Het besluit in Kigali is een uitvloeisel van het klimaatbesluit dat vorig jaar in Parijs onder auspiciën van de Verenigde Naties is genomen.
Het belangrijkste aspect is dat ontwikkelde industrielanden als de Verenigde Staten en de landen in Europa het besluit mede hebben ondertekend. Deze ondertekenaars beperken om te beginnen de uitstoot van broeikasgas per 2019 met 10 procent.
Ontwikkelingslanden die veel minder vervuiling veroorzaken, volgen een ander pad. Zij moeten de uitstoot van gas op zijn laatst in 2028 hebben bevroren. Vanaf dat moment beginnen deze landen ook aan vermindering van de uitstoot van broeikasgas.
Het Nederlandse Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu is tevreden en zegt dat door het akkoord de bijdrage van de gassen aan de opwarming van de aarde in het jaar 2100 wordt beperkt tot slechts 0,1 graad Celsius. Ook milieuorganisatie Greenpeace is content met het akkoord. Het succes ervan hangt echter af van de snelheid waarmee de zogenoemde HFK's (fluorkoolwaterstoffen) worden afgebouwd. ,,Om de opwarming van de aarde binnen de 1,5 graden te houden, moeten deze gassen zo snel mogelijk worden uitgebannen."
Fluorkoolwaterstoffen worden de F-gassen genoemd en onder andere gebruikt in koelkasten en airco’s. Eén F-gasdeeltje is gemiddeld net zo schadelijk als ruim tweeduizend CO2-deeltjes. Vanaf 1989 zijn CFK’s al verbannen omdat ze een gat in de ozonlaag veroorzaken, nu worden F-gassen uitgebannen wegens klimaatverandering.