Uit onderzoek in opdracht van Milieudefensie is gebleken dat het gebruik van sojameel in veevoer een van de hoofdoorzaken is van de groeiende vraag naar soja. Het argument van de vlees- en zuivelsector dat voor de veevoerproductie slechts gebruik gemaakt wordt van een afvalproduct van de productie van sojaolie, is dan ook onjuist. Hiermee is aangetoond dat de de vraag naar sojameel voor veevoer een belangrijke oorzaak is van het op grote schaal kappen van oerwoud en aantasting van de natuur in Zuid-Amerika. Landgebruik voor sojaplantages is een drijvende kracht achter het verdwijnen van oerwoud in Zuid-Amerika.
Veevoer
Het onderzoek dat onderzoeksbureau Profundo voor Milieudefensie uitvoerde, toont aan dat de vraag naar soja voor 57 procent komt door de toepassing in veevoer. Sojameel is naast sojaolie een hoofdproduct en geen restproduct zoals door delen van de sector nog steeds beweerd wordt. De productie van sojaolie, gebruikt als ingrediënt in voedingsmiddelen en voor de productie van biodiesel, is verantwoordelijk voor 36 procent van de vraag naar soja op de wereldmarkt.
In diverse studies is aangetoond dat de sojaproductie leidt tot het kappen van oerwoud om ruimte te maken voor plantages. Uit dit onderzoek in opdracht van Milieudefensie blijkt nu dat de vlees- en zuivelsector verantwoordelijk is voor een fors deel van de vraag naar soja.
Mythe doorprikt
“De mythe dat voor veevoer slechts restproducten van soja worden gebruikt is hiermee doorprikt”. aldus Klaas Breunissen van Milieudefensie. “De vlees- en zuivelsector blijkt hiermee een grote drijvende kracht achter het verdwijnen van Zuid-Amerikaans oerwoud voor sojaplantages.” Volgens Milieudefensie moet de Zuid-Amerikaanse soja vervangen worden door grondstoffen die in Europa geteeld worden zoals lupines, veldbonen of in Europa geteelde soja.
Vergroenen
Subsidies van de EU bedoeld om het landbouwbeleid te vergroenen, kunnen ingezet worden om de teelt van veevoergewassen in Europa te bevorderen. Breunissen: “Zo zorgen we ervoor dat er niet nog meer oerwoud verdwijnt om de magen van onze kippen, koeien en varkens te vullen, en vervoeren we niet onnodig voedsel over de wereld. De landbouwgrond in Zuid-Amerika kan dan ingezet worden om de magen van de eigen bevolking te voeden.”
De afgelopen vijfenveertig jaar is de sojateelt bijna verzevenvoudigd van 36 naar 245 miljoen ton per jaar. Voor het sojameel dat in Nederland in veevoer wordt verwerkt, is jaarlijks zo'n 876 duizend hectare nodig, omgerekend anderhalf miljoen voetbalvelden.