Spitssnuitdolfijn
© Kelp Marine Research
Ze kunnen enorm diep duiken, op jacht naar inktvissen, maar verder weten we niet zoveel van ze. Ze worden ook zelden waargenomen. Walvis-expert Fleur Visser van de Universiteit van Amsterdam doet onderzoek naar deze mysterieuze spitssnuitdolfijnen. Onlangs heeft ze ontdekt dat de soort, die ook in de Noordzee rondzwemt, er een andere jachtstrategie op nahoudt dan de andere bekende spitsnuitsoorten.
Het gaat om de gewone of de Noordzee-spitssnuitdolfijn. Deze soort jaagt in de diepzee. Een team van wetenschappers uit Nederland en Denemarken is er onder leiding van Visser voor het eerst in geslaagd om zogeheten biologgers op twee van deze dolfijnen te bevestigen. Deze apparaatjes registreren informatie over de manier waarop de zeezoogdieren duiken, bewegen en hoe ze hun echolocatie (navigeren door de weerkaatsing van geluiden die ze uitzenden) gebruiken. Voor het eerst kon in detail bestudeerd worden hoe de dolfijnen voedsel zoeken.
Wat blijkt? Hoewel deze spitssnuitdolfijnen op een vergelijkbare diepte jagen als verwante soorten, op zo’n 800-1300 meter, zwemmen en jagen ze consequent veel sneller en maken ze kortere diepe duiken. Ze gebruiken hun echolocatie ook met een hogere snelheid. Volgens de onderzoekers blijkt hieruit dat spitssnuitdolfijnen er veel meer verschillende jachtstrategieën op nahouden dan gedacht. Verder vermoeden ze dat de gewone spitssnuitdolfijn door zijn afwijkende en snellere levensstijl waarschijnlijk ook anders reageert op door mensen veroorzaakte geluiden, zoals het geluid van schepen.
Spitssnuitdolfijnen
© M.G. Oudejans (Kelp Marine Research)
Wereldwijd leven minstens 15 soorten spitssnuitdolfijnen. Het zijn tandwalvisachtigen. Er is weinig bekend over deze zeezoogdieren zo groot als een neushoorn. Dat komt met name omdat ze zich zelden laten zien aan de oppervlakte; ze leven vooral in de diepzee. In de afgelopen 30 jaar zijn zelfs drie nieuwe soorten spitssnuitdolfijnen ontdekt. De laatste jaren zijn meerdere exemplaren van de gewone spitssnuitdolfijn aangespoeld aan de Nederlandse en Belgische kust. Waarschijnlijk waren dat verdwaalde dieren, want ze hebben niks te zoeken in de ondiepe delen van de Noordzee.
Uit eerder onderzoek van Visser blijkt dat Risso’s dolfijnen, die op inktvis jagen, in een andere dieptezone jagen dan de spitssnuitdolfijn van Cuvier. Zo blijken de Risso’s hun prooien vooral te bejagen tussen 12 en 623 meter diepte. De spitssnuitdolfijnen van Cuvier jagen op een diepte tussen 800 en 1.700 meter. Walvissen die dieper duiken, hebben daar meer energie voor nodig. Het is alleen de moeite waard om dieper te duiken als de duik ook meer energie (calorieën van de prooi) oplevert.
Risso's Dolfijn
© Rob Buiter (Vroege Vogels)
Volgens Visser ligt de sleutel van de oplossing van dit mysterie bij de unieke voortplantingscyclus van inktvissen. Om de kans op een succesvolle voortplanting te vergroten, trekken veel inktvissoorten naar diepere wateren wanneer ze volwassen zijn, om te paren en te broeden. Dit is een strategie om roofdieren te vermijden. Deze inktvissen met meer ontwikkelde of volgroeide geslachtsorganen zijn groter dan de individuen op ondiepere diepten. Het is ook waarschijnlijk dat zij voedzamer zijn dan hun jonge verwanten.
Diepzee-inktvis
© Solvin Zankl
Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.