Het is de belangrijkste vraag voor de leden van de Werkgroep Adderonderzoek Nederland (WAN): hoe gaat het met de adder in ons land? Om het populatieonderzoek zo degelijk mogelijk uit te voeren, gebruiken de onderzoekers een methode van individuele herkenning. Dit gebeurt door de zogenaamde “kopschildvergelijking”. De tekening van de adderkop vormt namelijk een uniek patroon, waarmee de adders individuele geïdentificeerd kunnen worden.
Onderzoek
Met deze methode is het mogelijk om de dieren over een langere periode in het veld te bestuderen. De gegevens geven inzicht in trekgedrag, leeftijd, geslacht, aantallen en andere belangrijke informatie die kan bijdragen tot meer kennis over de ecologie van de adder.
Op dit moment wordt er door de WAN in veertien leefgebieden populatieonderzoek verricht: zes gebieden op de Veluwe, vier in Drenthe, twee in Friesland en een in Limburg.
Kroondomein Het Loo
In 2016 is voor het eerst adderonderzoek gedaan
op
Kroondomein Het Loo
, uitgevoerd door leden van de WAN. Er zijn
19
veldbezoeken gebracht. Niet alleen adders, maar ook de andere slangen zijn meegenomen in het onderzoek. In totaal zijn in 2016 50 adders, 19 gladde slangen en 13 ringslangen waargenomen in het gebied.
Op Kroondomein het Loo zijn de afgelopen jaren forse maai werkzaamheden uitgevoerd. Slechts vier van de 50 adderwaarnemingen zijn gedaan binnen of aan de randen van gemaaide delen van het terrein. De gemaaide banen zijn voor de adder (en andere reptielensoorten) geen aantrekkelijk leefterrein. Wellicht vormen ze ook een barrière, omdat de predatiekans voor adders op de gemaaide banen veel groter is dan in de vegetatie.
Adderdans
In het voorjaar gaan adder mannetjes op zoek naar vrouwtjes. Via een geurspoor komen er soms meerdere mannetjes bij een vrouwtje terecht. Maar wie mag er dan met haar paren? Dat wordt vaak bepaald met een zogenaamde adderdans. Hierbij richten allebei de mannetjes zich op en proberen elkaar naar beneden te drukken. De grotere en zwaardere adders zijn daarbij in het voordeel. Diegene die het het langste volhoudt, mag uiteindelijk met het nabijgelegen vrouwtje paren. Gefilmd door Tonny Groenhof-de Jager.