Piepklein oerbos

Volgens de methode waarmee Toyota auto's produceert, kan je ook in een mum van tijd een 'oerbos' laten groeien. Dat zegt tenminste Shubhendu Sharma, van de Indiase organisatie 'Afforrestt'. In Zaandam probeert het IVN het uit. 

De methode van Sharma wordt helder uitgelegd tijdens een zogeheten TED-talk op Youtube .

Dit is het persbericht dat IVN uitgaf bij het planten van de eerste bomen in Zaandam:

Eerste Kleine Wildernis van Nederland aangelegd
Op 7 december start in het Darwinpark in Zaandam de aanleg van de eerste Kleine Wildernis van Europa. Dit bos volgt de revolutionaire Miyawaki-bosbouwmethode van Shubhendu Sharma. Deze Kleine Wildernissen zijn 30 keer dichter begroeid en 100 keer biodiverser dan traditionele boomplantages, en groeien 10 keer zo snel.

Vanaf maandag vliegen de graspollen je om de oren aan de rand van het Darwinpark in Zaandam. Dan start de aanleg van de Kleine Wildernis, een dichtbegroeid oerbos van 200m ² . De eerste dagen staan in het teken van grondwerk, en op donderdag 10 december begint het leukste werk. Dan gaan de bomen erin. Leerlingen groep 7 van OBS De Gouw en Vrije School Zaanstreek zetten samen met vrijwilligers de bomen in de aarde. Zij hebben het bos – dicht bij hun school – geadopteerd. Ook de komende jaren helpen leerlingen in het onderhoud van het bos en monitoren of het écht zo snel groeit.

Op afstand krijgen de planters hulp van Shubhendu Sharma, die met zijn organisatie Afforestt over de hele wereld Kleine Wildernissen aanlegt. Nadat hij begin november onderzoek in het Darwinpark heeft gedaan is hij aan de slag gegaan met het ontwerp en beplantingsplan voor het bos. Sunny Verma, Executive Director van Afforestt, is van 7 tot en met 11 december in Nederland om de aanplant van het bos te begeleiden.

Het bos in Zaandam is het eerste bos in Nederland dat volgens de Miyawaki-methode wordt aangelegd. Het is een experiment om te kijken of deze manier van bosbouw ook in Nederland werkt. Naast de Kleine Wildernis wordt een controlebos aangelegd, zodat we kunnen vergelijken welk bos het beste groeit. In het controlebos worden hagen en bessenstruiken geplant, dit trekt veel vogels aan. De vogels nemen zaden mee uit de directe omgeving en op deze manier ontwikkelt de beplanting zich op een natuurlijke manier. Na een aantal jaar wordt zichtbaar welk bos zich het beste ontwikkelt en welk bos het meest biodivers is. Kennisinstituut Alterra onderzoekt het effect van beide plantmethodes op snelheid van groei en de toename van biodiversiteit beide bossen.

Een Kleine Wildernis stimuleert biodiversiteit, maar dat is niet het enige beoogde effect. Met de Kleine Wildernis wordt ook gewerkt aan een vergrote waterberging en een betere luchtkwaliteit. Meer natuur in de buurt kan zorgen voor minder stress en minder stressgerelateerde klachten. De Kleine Wildernis prikkelt de nieuwsgierigheid en geeft mensen de kans om de natuur in de eigen leefomgeving te ontdekken en daarover te leren. Dat is belangrijk, omdat door onder andere verstedelijking en mediagebruik de afstand tussen mens en natuur groter is dan ooit. 

IVN, de gemeente Zaanstad, het Zaans Natuur & Milieu Centrum, Hoek Hoveniers en bomenexperts van de KNNV werken samen aan de realisatie van de eerste Kleine Wildernis van Nederland.