Paardrijden heeft een positief effect op de natuurontwikkeling in nationaal park De Hoge Veluwe. Daarom mogen ruiters sinds dit weekeinde dwars door het natuurgebied rijden met hun dier, zonder zich aan gebaande ruiterpaden te houden. Het gedrag van de ruiters zal bepalend zijn voor het voortduren van het experiment, zo heeft een woordvoerster van het park meegedeeld.
Wild op de Veluwe herkent een ruiter op een paard niet als mens. Paardrijden verstoort de wildstand in de rustiger gedeelten van het park dus niet, aldus de woordvoerster.
Paardenhoeven laten open stukjes zand achter in bos- en heidegebieden. Gebleken is dat juist die kleine open stukken bijzondere dieren aantrekken. Zo leeft de grote wrattenbijter, een sprinkhanensoort die nog maar op twee plekken in Nederland voorkomt, alleen op die stukjes zand. Ook blijken zaailingen van de jeneverbes met name langs de randen van ruiterpaden te groeien.
Ruiters mogen nu dwars door de bossen en over de heide rijden. Rustgebieden van het wild blijven verboden, evenals de verharde gedeelten van het park. Aanspanningen moeten wel op de ruiterpaden blijven. De directie van het park bekijkt over enkele maanden wat het effect is van het vrij paardrijden.