© Fotograaf: Langerak
Dit voorjaar heeft voor het eerst sinds mensenheugenis een oehoepaartje kunnen broeden op de Sallandse Heuvelrug. En met succes! Twee oehoe-uiltjes kwamen uit het ei. Ruben Vermeer, boswachter ecologie van Natuurmonumenten, ontdekte de eerste tekenen van de aanwezigheid van de grootste uil van Nederland al in februari. Na een bezoek in de schemering hoorde hij de onmiskenbare ‘oe – hoe’ roep. Gedurende het voorjaar hebben de oehoes een rustig plekje gezocht om een nest te bouwen, eieren te leggen en die uit te broeden. Inmiddels hebben ze het nest verlaten. “Waar het paar en de jongen nu zijn weten we niet precies. Dat is ook logisch, want ze gaan steeds op zoek naar de plek met het meeste voedsel”, vertelt Vermeer.
De oehoe is een echte krachtpatser. Zelfs havik en vos zijn in de buurt van de oehoe hun leven niet zeker. Rondom de plek waar het Sallandse nest zat, zijn prooiresten gevonden van houtduif, zwarte kraai, wilde eend en groene specht. “Vooral de langzaam vliegende vogels zijn een makkelijke prooi. Maar we vonden ook een bruine rat. Die is buiten de Sallandse Heuvelrug gevangen. Hiermee is bevestigd dat ze flinke afstanden afleggen voor hun maaltijd.”
Een totale verassing is het broedgeval niet, want de soort verspreidt zich vanuit Duitsland als een olievlek over oostelijk Nederland. De bekendste broedplekken in Nederland zijn de ENCI-groeve bij Maastricht en een groeve in Winterswijk. Nu blijkt dat de oehoe ook prima uit de voeten kan met een broedplek in de ouder wordende bossen op de Sallandse Heuvelrug.
Zeker nu in coronatijd ziet Natuurmonumenten een toename van het bezoek aan natuurgebieden. Ze vragen daarom bezoekers eens te meer zich te houden aan de toegangsregels zodat verstoring van dieren en planten minimaal is.
Bron: Natuurmonumenten
Meer over:
oehoeMaandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.