Ondanks het feit dat er sinds eind juni voldoende broedplaatsen zijn voor muggen is de muggenpopulatie nog dusdanig laag dat relatief weinig mensen muggenoverlast ervaren. Slechts 6 procent van de mensen die afgelopen week via
Muggenradar.nl
de mate van muggenoverlast doorgaven gaf aan dat ze zeer veel overlast hebben.
Eind juni kwam er een einde aan een zeer droge periode. Het neerslagtekort dat het KNMI vanaf 1 april berekent had (
http://www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/geografische-overzichten/neerslagtekort_droogte
) lag toen op het niveau van het recorddroge jaar 1976. Sinds dat moment viel er echter zeer geregeld neerslag. Juli is zelfs de boeken in gegaan als een zeer natte maand met in het noordoosten meer dan 200 millimeter neerslag. Met uitzondering van het noordwesten van Nederland viel overal (veel) meer dan normaal. De neerslag valt de laatste weken gespreid in de tijd. Dit is een ideale situatie voor steekmuggen omdat kunstmatige broedplaatsen zoals emmers, plantenbakken en regentonnen continu gevuld zijn met water. Hierdoor hebben muggenlarven voldoende tijd om zich te ontwikkelen.
Veel broedplaatsen beschikbaar
Eind juni werd er door diverse media gesuggereerd dat na de regen direct de steekmuggen tevoorschijn zouden komen. Het duurt echter enkele weken voordat een muggenpopulatie zich kan opbouwen. Na het leggen van eitjes duurt het gemiddeld drie tot vier weken voordat de larven zich ontwikkeld hebben en de nieuwe muggen uit de poppen komen. De snelste exemplaren ontwikkelen zich in twee weken tijd. De omstandigheden zijn nu al bijna twee maanden gunstig voor de voortplanting van muggen. Ook de muggenactiviteitsverwachting die Buienradar berekent bereikt regelmatig de waarde 7 of hoger. Maar hoe staat het nu met de muggenoverlast?
Een paar dagen terug riepen we de lezers van Nature Today op om te melden wat de mate van muggenoverlast is die ze ervaren. Uit de 127 meldingen die binnenkwamen uit heel het land blijkt dat 69 procent geen muggenoverlast ervaart, 17 procent een beetje overlast en 9 procent veel overlast. Slechts 6 procent ervaart heel veel muggenoverlast (zie figuur). Driekwart van de respondenten geeft ook aan dat ze maar maximaal 2 steekmuggen hebben gezien. Deze cijfers laten zien dat de droge omstandigheden in de eerste helft van het seizoen nog doorwerken tot op dit moment. De diverse zware hoosbuien kunnen een andere verklaring voor de lage muggenoverlast zijn. Stevige regenval kan ervoor zorgen dat regentonnen overspoelen waardoor ook de muggeneitjes en larven weggespoeld worden.
Op onderstaande kaart ziet u waar dit jaar al meldingen van muggenoverlast zijn doorgegeven. De meeste waarnemingen worden doorgegeven op het moment dat er media-aandacht voor het onderzoek is. We zoeken mensen die met regelmaat (bijvoorbeeld wekelijks) een melding van de mate van muggenoverlast willen doorgeven zodat we de ontwikkeling in de tijd beter kunnen volgen. U kunt dit anoniem doen maar ook via een/uw NatureToday account. Als u eerst inlogt voordat u uw waarneming doorgeeft dan kunt u uw waarnemingen later nog terugkijken. Een account kunt u aanmaken via deze link. U kunt dan ook aangeven of u de dagelijkse of wekelijkse nieuwsbrief van Nature Today wilt ontvangen.
Met de Muggenradar onderzoeken we of deze manier van monitoren nieuwe inzichten geeft over de variatie in ruimte en tijd van muggenpopulaties en muggenoverlast. We gaan deze onderzoeksmethode ook toepassen in Rwanda en daarmee de bevolking helpen bij de preventie van malaria. De resultaten van het onderzoek worden ook ingebracht in de Global Mosquito Alert, het wereldwijde door de Verenigde Naties ondersteunde samenwerkingsverband waarmee met het publiek de ontwikkeling van muggen en door muggen overdraagbare ziekten gevolgd moet gaan worden. We verwachten dat de overlastmeldingen een laagdrempelig en interessant onderdeel gaat worden van het wereldwijde netwerk. Met uw hulp kunnen we dat realiseren.
Bron: Muggenradar en Wageningen University & Research