Honingbij
© Fotograaf: ikjelle
Tijdens de zesde editie van de Nationale Bijentelling zijn gemiddeld minder bijen geteld dan eerdere jaren door het koude weer. De telling was al met een week verlengd omdat vorig weekend te weinig bijen te zien waren vanwege het slechte weer. De meer dan 3400 vrijwilligers zagen ongeveer vijftien bestuivers per telling; in eerdere jaren waren dat gemiddeld twintig insecten.
De honingbij en de twee metselbijen (rosse en gehoornde) kwamen het meest voor, met de hommels op een flinke achterstand. De honingbij was wel relatief minder vaak te zien. "Mogelijk heeft dit te maken met een hogere sterfte in de winterperiode", zegt Koos Biesmeijer, wetenschappelijk directeur en bijenexpert bij Naturalis.
Het tellen van bijen tijdens de Nationale Bijentelling is belangrijk omdat onderzoekers zo meer te weten komen hoe het met de verschillende populaties gaat in ons land. In Nederland komen zo'n 360 bijensoorten voor. De helft daarvan wordt bedreigd en bijna 35 bijensoorten zijn verdwenen.
Om een goed overzicht te krijgen moet vijf jaar achter elkaar worden geteld. Dan wordt ook duidelijk welke effecten de weersomstandigheden hebben op de bijenpopulatie. Met deze informatie zijn de bijen beter te beschermen. Naturalis stelt op basis van de vorige vier tellingen vast dat de bijenpopulatie de afgelopen jaren stabiel is gebleven.
Bron: ANP
Meer over:
nationale bijentellingMaandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.