Advocaat van de natuur en spreekbuis van het milieu.

Mierenleeuw

  •  
29-07-2005
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
740 keer bekeken
  •  
vv_newsimg_126247.jpg
De mierenleeuw behoort tot de orde Neuroptera (= Netvleugeligen) en de familie Myrmeleonidae. Wereldwijd zijn er meer dan 600 soorten mierenleeuwen, waarvan circa 40 Europese en in Nederland kennen wij er twee.
Onze mierenleeuwen dat zijn Euroleon nostras en Myrmeleon formicarius. De mierenleeuw is een insekt dat vooral bekend is als larf. Dan graaft het in rul zand een trechtervormig kuiltje. Onderin verstopt de larf zich onder een klein laagje zand zodat alleen zijn grote kaken zichtbaar zijn. Maar vergis u niet: het dier is zo klein dat het nauwelijks zichtbaar is. De lengte varieert van 5 tot maximaal 20 mm.
Als een mier of ander klein dier in de trechterkuil valt dan zal de mierenleeuw het slachtoffer met zijn kaken vangen. Als volwassen dier lijkt de Mierenleeuw sterk op een libel, maar dat stadium duurt niet lang. Als het dier zich in de krater heeft verpopt dan vliegt het uit om eieren te gaan leggen en al een paar weken later is het einde oefening. De eitjes groeien uit tot larven en dan begint het "kuil voor een ander graven" weer van voren af aan.
Bij het Capitool in 's-Graveland leefden tot een paar jaar geleden ook mierenleeuwen. Ze werden pas ontdekt toen de huisschilder dacht dat het gelekt had, want onder een afdak zag hij allemaal putjes, waar het gedruppeld had. Harm Piek van Natuurmonumenten kon hem uit de droom helpen: het waren geen druppelputjes in het mulle zand, maar mierenleeuwenkratertjes.

Netvleugelige

Aan het eind van de zomer verpopt de mierenleeuw-larf zich tot een volwassen insekt. Dat is een netvleugelige,een dier dat wel wat weg heeft van een libel, maar dan eentje dat minder goed en minder sierlijk vliegt. Het ontpoppen gebeurt meestal 's avonds of 's nachts en daarna leeft het insect nog maar een dag of twee. Het is als bij veel insektensoorten: als ze eenmaal uitvliegen hoeft er alleen nog maar voortgeplant te worden. Eitjes leggen en klaar is de mierenleeuw. De kans dat u ooit een mierenleeuw ziet vliegen is dus zeer gering.
Eigenlijk hoort de soort thuis in een warme, droge, bijna woestijnachtige omgeving. In ons land vindt hij die onder afdakken bij huizen of onder viaducten. Als de bodem daar onbedekt is wil er niks groeien en als er dan ook nog de goede zandsoort ligt dan is dat een goede mierenleeuwenbiotoop. Dit insect eist rul zand van de goede korrelgrootte, want een toevallige passant die langs de rand loopt moet erin glijden en dat gaat alleen als de korrels lekker klein zijn. Voelt de mierenleeuw onderin de kuil dat er iets aan komt glijden dan begint hij nog even extra te graven, waardoor er een zandlawinetje ontstaat. Daarmee komt het slachtoffer naar beneden - waar hij snel door de leeuw wordt verdoofd. En: eten maar.
Harm Piek hield in de uitzending van 31 juli 2005 een warm pleidooi om de mierenleeuwen-biotoopjes te behouden. Huiseigenaren zijn tegenwoordig gauw ontevreden als er naast het huis, onder een uitstekende dakrand of onder een balkon onbegroeid zand ligt. Daar moeten meteen tegels of beton of asfalt overheen. Niet doen! Voor een soort als deze leeuw zijn dat soort rommelrandjes van levensbelang.
Beluister de mierenleeuwen van 31 juli 2005 nog eens:
1. kop van de uitzending
2. interview 1
3. interview 1 na zenderstoring
4. interview 2
Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.