Het Beneden Dinkeldal is het laatst overgebleven weidevogelgebied in de regio. In dit natuurgebied wordt er dan ook alles aan gedaan om het de weidevogels naar de zin te maken: de waterstand wordt hoog gehouden, er worden bloemen gezaaid en bomen worden gekapt om roofvogels geen kans te geven. Zal het lukken om de vogels hier succesvol te laten broeden?
Weidevogel-walhalla
In deze tijd is het Beneden Dinkeldal een walhalla voor de vogelliefhebber. Vanuit de kijkhut is er een fantastisch zicht op wulpen, grutto’s, tureluurs en kieviten. Ook de bergeend broedt in dit gebied. Maar de weidevogelstand lijdt onder rovers, zoals kiekendief, buizerd, havik. Daarnaast hebben de weidevogels ook de omliggende weilanden nodig om daar hun voedsel te vinden, maar er zijn juist steeds minder kleine weilandjes waar de weidevogels makkelijk voedsel kunnen vinden.
Beheer
Natuurmonumenten doet hier haar best om het als weidevogelgebied te behouden. Dat betekent veel overleg met de boeren om het gebied heen en proberen om het gebied zo onaantrekkelijk mogelijk te maken voor roofdieren. De eiken worden weggehaald zodat roofvogels niet vanaf daar op de jonge kuikens kunnen loeren en struik-bosjes worden weggehaald zodat marterachtigen zich daar niet in kunnen verschuilen. Dit alles om dit weidevogel-stukje, de ‘trots van Twente’, te bewaren.