Kabinet: stikstofnorm in natuur blijft nodig

De veelbesproken grens van de hoeveelheid stikstof die een natuurgebied aankan, blijft nodig. Dat zegt minister Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof) in het debat over de stikstofplannen in de Tweede Kamer. De minister zegt ook niet meer om coulance te kunnen vragen bij de Europese Unie over de Natura 2000-gebieden, als ze niet aan de slag gaan met de stikstofnormen.

Juridisch gezien is er zelfs geen alternatief voor de zogeheten ‘kritische depositiewaarde’, aldus de minister. Maar, benadrukt ze, het kabinet wil de staat van natuurgebieden ook op een andere manier meten, want: “er zijn meer drukfactoren op de natuur dan alleen stikstof”. Bijvoorbeeld de waterkwaliteit en hoeveel leefgebied er is voor bepaalde planten en dieren. Een nog op te richten ecologische autoriteit moet natuurdoelanalyses gaan uitvoeren om te achterhalen wat er gedaan moet worden.

In het debat vroegen meerdere partijen, waaronder coalitiepartijen CDA en VVD, of de stikstofnormen wel zo belangrijk zijn. De plannen van het kabinet moeten de stikstofuitstoot halveren om ervoor te zorgen dat bijna driekwart van het speciaal beschermde natuuroppervlakte in Nederland onder de kritische depositiewaarde komt.

Rechtse partijen willen af van die norm, ook omdat het Planbureau voor de Leefomgeving er vraagtekens bij zet. In sommige gebieden kan die stikstofnorm niet gehaald worden, erkent Van der Wal. Daar zijn alternatieven nodig.

De rechtse partijen vragen al langer om te kijken naar de inrichting van Natura 2000-gebieden in Nederland. Deze zijn door Europese regels beschermd. Het schrappen van gebieden of het aanpassen van die regels, zou goedkeuring uit Brussel vergen.

Maar de EU wil daar niet aan, zolang Nederland zijn natuur niet beter beschermt en de stikstofuitstoot niet vermindert. Nog eens afreizen naar Brussel om te vragen om coulance is een "onbegaanbaar pad", zegt de minister. "Het enige wat ik terugkrijg, is: ga je huiswerk doen, laat zien dat je minder stikstof uitstoot, dat je na al die jaren eindelijk echt de natuur gaat herstellen." Alleen dan wil de Europese Commissie verder praten.

De minister geeft in het debat toe dat de stikstofkaart die ze twee weken geleden presenteerde onduidelijk was. Er is veel weerstand tegen de kaart waarop per gebied wordt aangegeven met hoeveel de stikstof omlaag moet.

Van der Wal realiseert zich dat de plannen “heftig zijn en dat veel mensen en bedrijven nu grote onzekerheid ervaren". Maar, benadrukt ze nog eens, de provincies hebben veel ruimte om de gebiedsaanpak in te richten, zolang de doelen maar worden gehaald.

Ze staat wel nog steeds achter de omstreden kaart. Over één jaar moeten kabinet en provincies de doelen per gebied gaan vaststellen. De kaart is nu nog een vertrekpunt, aldus de minister. De landelijke overheid en de provincies hebben een jaar om hun plannen te verfijnen. In dat proces zal de kaart steeds veranderen.

Bron: ANP