Jelle Reumer: nieuwe mensaap
• 19-11-2017
• leestijd 3 minuten
Yes, dat was nog eens nieuws! Voor het eerst sinds, nu bijna een eeuw geleden, de bonobo als een aparte soort mensaap werd beschreven, is er weer een nieuwe soort bijgekomen. Op Sumatra is een derde orang oetansoort gevonden. Het dier kreeg in een artikel in het tijdschrift Current Biology de weinig tot de verbeelding sprekende naam Pongo tapanuliensis aangemeten. De andere soorten orang oetan zijn Pongo pygmaeus, dat is de Borneose soort, en Pongo abelii, die net als de nieuwe soort ook op Sumatra voorkomt.
Een nieuwe mensaap, dat verwacht je echt werkelijk niet meer. Af en toe wordt er nog wel eens een nieuwe Colombiaanse muizensoort ontdekt of een vers gevonden Venezolaanse vleermuis beschreven, maar grote zoogdieren echt heel zelden en mensapen natuurlijk al helemaal nooit. Nou ja, tot twee weken geleden dus, toen die orang oetan met zijn onuitspreekbare naam werd gepubliceerd. Die naam tapanuliensis is overigens afgeleid van het Sumatraanse regentschap waar de soort is gevonden, Tapanuli Selatan. Regentschap, wat een mooi Multatuliaans woord is dat trouwens, maar dat terzijde.
Nog meer dan het bericht over die nieuwe aap verbaasde mij een terloopse opmerking in een van de vele nieuwsitems die ik erover voorbij zag komen. Daar stond namelijk opgemerkt dat er nu dus intussen zeven soorten mensapen bekend zijn. Ik citeer: “nu zijn er zeven soorten mensapen: drie orang oetans, twee gorilla-soorten, chimpansees en de bonobo.” Zeven. Ik ging ook maar eens tellen: uit Azië kennen we nu dus drie orang oetans en uit Afrika de mens, de westelijke en de oostelijke gorilla, de chimpansee en de bonobo, dat maakt volgens mij acht. En geen zeven. Om tot zeven te komen moet je er dus minstens één stiekem vergeten. Ik heb een chimpanseebruin vermoeden dat dat de mens is. Letterlijk stond daar dus dat de mens geen mensaap is, oftewel dat Homo sapiens niet zou behoren tot de familie der Hominidae, de mensachtigen. Dat is toch vreemd, dat mensen geen mensachtigen zijn. Het is een mooi voorbeeld van menselijke hoogmoed, van soortsarrogantie, en de neerslag van de oudtestamentische gedachte dat mensen niet tot het dierenrijk behoren.
Toen ooit de schepper schiep, schiep hij licht en donker, de hemel en de aarde, de planten, de dieren en helemaal aan het eind, vlak voordat hij aan zijn rustdag toe was, schiep hij de mens, twee stuks, een mannetje en een vrouwtje. Zo was het bij de dieren ook gegaan en dat werkte prima. Vele jaren later bedacht ene meneer Linnaeus dat wij mensen ook een wetenschappelijke naam nodig hebben, en sindsdien heten we Homo sapiens.
Een drietal wetenschappers kwam in 2001 met een nieuwe en vooral zeer interessante indeling: zij stopten alle Afrikaanse mensapen in het geslacht Homo. De westelijke gorilla heet dan niet meer Gorilla gorilla maar Homo gorilla, enzovoort, en het leidt ertoe dat er tegenwoordig niet één mensensoort op aarde leeft, namelijk Homo sapiens, maar wel vijf. Het is de ultieme gelijkschakeling, het definitieve einde aan ons superioriteitsgevoel. Dit bijzondere voorstel om de chimp, de bonobo en de twee gorilla’s in de diersystematiek te vermenselijken, heeft onder biologen helaas niet tot veel navolging geleid. Toch vind ik het wel een interessant idee, al is het maar als gedachtenoefening. Het maakt nederig. Het verklaart een hoop misplaatste borstklopperij van menselijke alfamannetjes en het maakt Bokito een stuk humaner. Wij zijn allemaal apen.