Advocaat van de natuur en spreekbuis van het milieu.

Jelle Reumer: Dierentuin

  •  
13-05-2016
  •  
leestijd 2 minuten
  •  
jelle_07.jpg
Ik ben er nog niet geweest, maar de ongetwijfeld schitterende nieuwe dierentuin van Emmen is geopend. De oude, het Noorder Dierenpark, was te krap geworden en zat de stadsplanning in de weg. Aan de rand van Emmen is nu Wildlands Adventure Zoo geopend, een naam waarvoor een hip reclamebureau ongetwijfeld een leuke factuur mocht sturen. Wat is er mis met Noorder Dierenpark?
Maar dat terzijde, want er zijn andere en meer serieuze klachten. Je kunt in de nieuwe dierentuin niet altijd de dieren zien, zo wordt gemopperd. Ik kan die redenering wel een beetje volgen: in het museum wil je schilderijen zien, in een showroom de nieuwste automodellen, op de Wallen de hoeren en in een dierentuin de dieren. Voor zover dit het museum, de showroom en de Wallen betreft, klopt die gedachte, maar in een dierentuin is dat idee een overblijfsel uit de negentiende eeuw. Toen werden overal dierentuinen gebouwd waar wilde dieren in fris betegelde hokken zaten, veilig achter tralies en voorzien van passend voer, vlees voor de leeuwen en hooi voor de zebra’s. De bezoekers mochten pinda’s in de slurf van de olifant stoppen en gekke bekken trekken naar de apen. Leuk was dat. Voor de bezoekers bedoel ik; voor de dieren was het natuurlijk een vorm van marteling, maar ach, het waren toch maar beesten.
Inmiddels is ons idee over wat een dier is dankzij David Attenborough en Frans de Waal behoorlijk bijgesteld. Een dier blijkt zoiets te hebben als natuurlijk gedrag, een habitat, empathisch vermogen en het leeft in een sociale structuur. Dat voortgeschreden inzicht viel niet meer te rijmen met 25 m2 beton, tegels en tralies. Een moderne dierentuin toont geen dieren meer als waren het schilderijen, auto’s of prostituées. Een dierentuin biedt ruimte voor natuurlijk gedrag, imiteert een habitat en faciliteert de nodige sociale structuur aan de olifanten, wolven, tijgers, leeuwaapjes, amoerpanters, stokstaartjes en de rest van het gedetineerde dierenrijk. Er worden savanne’s nagebootst en regenwouden en er is struikgewas waarin de dieren zich verstoppen en zich veilig voelen. De bezoekers roepen nu geen ‘Oh!’ of ‘Ah!’ meer, maar ‘Ik zie niks, kun jij ze zien?’. En vervolgens gaan ze klagen.
Een dierentuin is geen schilderijenmuseum en ook geen showroom van de schepping. Het is hooguit een asielzoekerscentrum voor dieren die in hun natuurlijke leefomgeving – als die er überhaupt nog is – worden bedreigd en opgejaagd en afgeschoten. Al het andere is een negentiende-eeuws concept. Wie een tijger of een ijsbeer in zijn natuurlijke omgeving wil zien en geen geld heeft voor een reis naar India of Spitsbergen, kán het proberen in een dierentuin. En als de tijger of de ijsbeer dan even geen zin hebben om zich te vertonen, moet u niet gaan klagen, maar de dierentuindirectie complimenteren met hun geslaagde imitatie van de jungle of de noordpool. Wie een tijger of een ijsbeer van dichtbij wil zien, gaat maar naar een natuurhistorisch museum. Dat is ook leuk.
Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.

BNNVARA LogoWij zijn voor