Hou u vast, luisteraars, hier komt een historische gebeurtenis in columnvorm: Koningin Beatrix en Vroege Vogels. Over regerende vorsten kun je beter niet uit de school klappen, dat zie je maar weer in België, maar nu onze voormalige Koningin weer Prinses is geworden, durf ik u best te vertellen van onze opzienbarende ontmoeting.
Toen Beatrix nog op de troon zat, bestond er een traditie die Koninginnedagconcert heette en in het jaar 2001 was dat concert gewijd aan het Nederlandse lied. Liesbeth List, Jasperina de Jong, Herman van Veen en Boudewijn de Groot zongen Nederlandse liederen en omdat Jasperina teksten van mijn hand zong, mocht ik erbij zijn. Het was mooi. Na afloop was er een soort receptie: minzaam onderhield de Majesteit zich met de artiesten en de andere gasten. De regie was in handen van de Grootmeester van het Hof: Floor Kist, een aardige en veelzijdige man – hij was lang geleden ooit lid van het door mij bewonderde Leids Studenten Cabaret. Deze Floor Kist stapte op me af en zei: “Ivo de Wijs, de Koningin wil even met je praten, neem je vrouw maar mee!” Onmiddellijk wierpen wij onze glazen in een plantenbak en volgden de Grootmeester naar La Beatrix.
De rechterkant van mijn lichaam begon plotseling hevig te schudden. Dat kwam omdat mijn vrouw Elleke die aan mijn arm hing, compleet de bibberatie had gekregen. Ik herkende die zenuwachtigheid. Ik was namelijk solo al eens eerder aan de vorstin voorgesteld en bij die gelegenheid was ik ook geheel in de war geraakt. Ik had geen zinnig woord kunnen uitbrengen en in plaats daarvan een onhandig knicksje gemaakt. Ik was mezelf niet.
Dat mag me niet opnieuw gebeuren, dacht ik nu - en terwijl mijn echtgenote bleef trillen als een vibrator, trok ik haar monter mee in de richting van de Moeder des Vaderlands. “Aaah, meneer de Wijs”, zei Hare Maje, “ik zou het graag eens met u hebben over de zondagmorgen.” “Uwe Majesteit luistert naar Vroege Vogels,” zei ik vereerd. “Zeker,” zei de koningin, “en ik complimenteer u met uw gedichten, maar wat er daarna komt, vind ik lang niet altijd even objectief.” Mijn hersens draaiden op volle toeren. Wat bedoelde de vorstin? En pijlsnel vond ik het antwoord. De Jacht, het ging om de Jacht! Vroege Vogels was in die jaren buitengewoon kritisch over de Plezierjacht. En de Koninklijke familie jaagde nog in die jaren.
Deze kaas laat ik niet van mijn brood eten, dacht ik, maar tezelfdertijd meende ik me te herinneren dat het heel onfatsoenlijk is om een Monarch tegen te spreken. “Majesteit,” zei ik, “staat u mij toe: Vroege Vogels ìs geen objectief programma, het is een programma met standpunten en voorkeuren.” “Jaja,” zei Beatrix, “dat begrijp ik wel, maar ik wou u toch even laten weten hoe ik erover denk.” Op die laatste zin hoefde ik niet meer te antwoorden. Grootmeester Kist vond het hoog tijd om iemand anders aan de koningin voor te stellen. Hij gaf mij een hoffelijke beuk in mijn zij, zodat ik in hoog tempo achter een pilaar belandde, waar ik ben blijven staan tot mijn vrouw weer normaal adem kon halen.
Objectief. Nee, objectief is Vroege Vogels 35 jaar nooit geweest. Informatief, leerzaam – zeker, liefdevol, maar als het nodig was: boos, grimmig, tegendraads, sarcastisch, onverzettelijk, en af en toe ook nog behoorlijk socialistisch en republikeins- and on top of all that, in weerwil van al het genoemde, ik kan het getuigen, ik heb het met eigen oren gehoord: ook nog ’ns Hofleverancier. (MET STEM BEATRIX) En wij wensen u daarmee van harte geluk. Even wuiven misschien. (IVO WUIFT)