Gifkikker
© Pexels via Pixabay
Niet alleen slangen zijn giftig. Ook spinnen, miljoenpoten, vogels, kikkers en zelfs halfapen. Wereldwijd zijn er honderdduizenden giftige diersoorten. Bioloog Mátyás Bittenbinder en onderwijskundige Barend Last hebben samen een kinderboek hierover geschreven: Gif in het dierenrijk. Over de wondere wereld van al deze toxines.
Bij giftige dierensoorten denk je natuurlijk al gauw aan slangen. Je hebt slangensoorten met giftanden voor in de bek, zoals de cobra, de ratelslang en de adder. Deze laatste soort leeft ook in Nederland. Wanneer de slang zijn of haar tanden in een prooi zet, pompen de spieren het gif met grote kracht naar buiten. Er zijn ook slangen met giftanden achter in de bek. Zoals de ringslang.
Adders vechten om territorium
© Gerrit1957
Volgens de schrijvers is het giftigste dier ter wereld de gouden gifkikker (phyllobates terribilis). Deze amfibie leeft in het regenwoud van Columbia. Alleen aanraking kan al dodelijk zijn. De huid van de gouden gifkikker zou voldoende gif bevatten om 10 mensen te doden. De kikker haalt het gif uit de dieren die op zijn menu staan, zoals mieren en mijten. Zover bekend is nog nooit iemand aan een ontmoeting met deze kikker overleden. Waarschijnlijk hebben maar weinig mensen deze verborgen soort ooit gezien.
De giftigste spin ter wereld is volgens de schrijvers de Sydney tunnelwebspin. Deze Australische soort lijkt een beetje op een vogelspin. Het gif van het dier zorgt ervoor dat je niet meer goed kunt ademen of je hart stopt met kloppen.
Maar niet alleen slangen en kikkers kunnen giftig zijn. Ook vogels, zoals de spoorwiekgans. Deze vogel komt voor in Afrika en heeft giftige stekels op zijn vleugels. Het gif haalt de vogel uit de giftige oliekevers die hij eet. En ook het vogelbekdier heeft gifklieren in het achterlijf en een holle gifstekel op de achterpoten. Het gif komt alleen vrij tijdens het voortplantingsseizoen. Een steek van een vogelbekdier schijnt enorm veel pijn te doen.
Vogelbekdier
© Martijn van der Veen
Opvallend is dat er ook een giftige halfaap rondloopt op deze aardbol. Het is de slanke lori, die in de regenwouden van India en Sri Lanka leeft. Als het dier zich bedreigd voelt, blijft hij heel stil zitten. Wanneer een belager te dichtbij komt kan de slanke lori zich verdedigen met een giftige beet. Het gevaarlijke goedje komt uit gifklieren, die aan de binnenkant van zijn ellebogen zitten. Als de slanke lori likt aan zijn elleboog vermengt het gif met zijn speeksel, waardoor de beet giftig en gevaarlijk is.
Bittenbinder en Last leggen in het boek uit dat ze niet zo blij zijn met de term ‘giftig. Zo heeft de Engelse taal niet voor niets twee begrippen. Zo heb je dieren die hun gif inspuiten, zoals de cobra of de wesp. Dit noemen Engelsen ‘venom’. Andere dieren zijn pas giftig als je in contact met ze komt, bijvoorbeeld door ze op te eten of hun huid aan te raken. Dat gif wordt in het Engels ‘poison’ genoemd. Zoals de pijlgifkikker, die met het gif in zijn huid potentiële belagers op afstand kan houden. De auteurs pleiten in hun boek om het Nederlandse begrip giftig daarom te vervangen door twee woorden: ‘piosineus’ en ‘venimeus’.
© Afrikaanse cobra. Foto Ivo Borkus.
'Gif in het dierenrijk' van Mátyás Bittenbinder en Barend Last is verschenen bij Fontaine Uitgevers en ligt nu in de winkel.
Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.