Duistere klanken bepalen de sfeer van 'Foon', de laatste roman van Marente de Moor. Het speelt zich af in de afgelegen bossen aan de rand van Rusland. Biologenechtpaar Nadja en Lev dreven er een asiel voor verweesde beren, maar die is na een drama voorgoed gesloten. Lev en Nadja vereenzamen en lijken langzaam op te lossen in de natuur zelf.
Grote Geluiden
'Grote geluiden" noemen ze de duistere klanken die zich nu en dan manifesteren. Soms klinkt het als trompetgeschal. Soms als een voorwereldlijk beest. Het is iets tektonisch, zeggen Nadja en Lev ter geruststelling tegen elkaar. Iets meteorologisch, wellicht. Maar deze duistere klanken hingen niet altijd in de lucht boven hun huis in de Russische bossen. Bij alle speculaties over wát die ‘Grote Geluiden’ nu zouden kunnen zijn, komt ook de vraag voorbij of het misschien de aankondiging van het Einde der Tijden is.
Neergang
De twee zoölogen staan inmiddels ook dichter bij de dieren die ze ooit bestudeerden dan bij de mensenwereld, hun kinderen zijn weggetrokken, ze worden omringd door honden, katten, beren, geiten, vleermuizen, alsmede door geesten, trollen en heksen. Ze dragen niet alleen hun eigen verleden mee het heden in, maar zijn ook getekend door een eeuw Russische geschiedenis: het communisme, de oorlog, de Stalintijd, de neergang.
Jan Wolkers Prijs
Foon is één van de vijf genomineerden voor de Jan Wolkers Prijs 2019. Jurylid Jean Pierre over Foon: "Het is een schitterende roman waar de natuur op een volstrekt natuurlijke wijze vanaf druipt op elke pagina."