Wetenschappers en vrijwilligers uit de hele wereld zijn deze week in Friesland bij elkaar gekomen om te praten over ganzen. De getallen, onderzoeken en problemen buitelden over elkaar heen op de vierdaagse conferentie van de Goose Specialist Group. Eén dag was vrijgemaakt om naar buiten te gaan, want de overwinterende ganzen zijn nu massaal aanwezig.
Afname
De winterpopulaties groeiden in een halve eeuw tijd naar een piek van 2,3 miljoen ganzen. Opmerkelijk is wel dat het verblijf van deze ganzen de laatste drie jaar voor het eerst in een halve eeuw wat afneemt. Dat blijkt uit recente tellingen van SOVON Vogelonderzoek Nederland. Kolganzen en toendrarietganzen komen beduidend later in het najaar en de piekaantallen zijn ook bij veel andere ganzensoorten lager dan voorheen.
Zachte winters
De meest aannemelijke verklaring voor deze verlate aankomst is dat ze tegenwoordig een langere tussenstop maken in het Oostzeegebied. Landen als Zweden en Denemarken melden bovendien steeds grotere aantallen ganzen in de wintermaanden. Zachtere winters zorgen bij een aantal soorten voor een duidelijke noordoostwaartse verschuiving in het winterareaal. Daarnaast spelen veranderingen in de landbouw de ganzen in de kaart. Zo blijven kleine rietganzen tegenwoordig grotendeels in Denemarken en profiteren daar van een uitgebreid aanbod van oogstresten van maïs.