De laatste jaren gaat het steeds beter met de zilverreigers in Nederland. Tegenwoordig kun je regelmatig een witgekleurde reiger in een weiland of langs een sloot zien staan. In Nederland leven drie soorten witte reigers. Dus welke reiger zie je dan staan? Een grote of kleine zilverreiger? Of toch een koereiger? We zetten de verschillen op een rij.
Grote zilverreiger
De naam zegt het al. Dit is een grote reiger van zo’n 85 tot 100 centimeter. De poten zijn donker en vlakbij het lijf iets meer geel of oranje. In de winter is zijn snavel helemaal geel, maar tijdens de broedtijd wordt de snavel zwart. De grote zilverreiger is de talrijkste soort van de Nederlandse witte reigers.
Kleine zilverreiger
De kleine zilverreiger wordt 'maar' zo'n 66 centimeter. Deze soort is het beste te herkennen aan de zwarte benen met contrasterende gele poten. Zijn snavel is over het algemeen zwart.
Koereiger
De koereiger is de zeldzaamste van de drie. De soort broedt voornamelijk rond het Middellandse-Zee gebied. Maar ze broeden steeds verder naar het noorden. Je kunt ze af en toe tegenkomen in Nederland.
Deze reigersoort is met 55 centimeter wat meer gedrongen dan de kleine zilverreiger. Zijn snavel is ook vrij kort en geel van kleur. In de zomer heeft hij licht roze/oranje veren op zijn kop, borst en mantel.