© Theo de Wild
De eerste koekoek, bloeiende lelietjes-van-dalen, de eerste boerenzwaluw, een bont zandoogje, een zingende zwartkop, een veld vol pinksterbloemen en een draaihals. Deze waarnemingen zijn te horen op de Vroege Vogels fenolijn (het nummer is 035-6711338).
Patrick Top: ‘Aan de oostrand van Almere Buiten op woensdagochtend het ratelende geluid van de eerste sprinkhaanzangers weer gehoord’. De zang van de sprinkhaanzanger lijkt sprekend op het geluid van een sprinkhaan. Verder valt de vogel niet op, hij heeft een onopvallend verenkleed. De vogel overwintert in Midden-Afrika (ten zuiden van de Sahara) en broedt in Nederland vanaf half mei tot midden juli. Het nest van de sprinkhaanzanger is een dik kommetje van grassen en bladeren, dat op of vlak boven de grond wordt gebouwd in dichte vegetatie.
Erna Plenter Jansen uit Vledder: ‘Mijn eerstelingen van dit jaar waren gisteren de ringslangen, die lekker tegen een warme steen naast de vijver aan het opwarmen waren’. De ringslang is een van de drie slangensoorten die Nederland kent; de gladde slang en de giftige adder zijn de andere twee. De ringslang legt haar eieren bij voorkeur op een warme plek, zoals een mesthoop of een stapel takken en bladeren. Dat soort plekjes zijn er in de natuur steeds minder te vinden, als gevolg van menselijke opruimwoede.
ringslang
© amkeizer
Wil je zelf een eersteling of laatsteling doorgeven, of een hele bijzondere waarneming spreek dan de Vroege Vogels fenolijn in (het nummer is 035-6711338).
Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.