© Fotograaf: AdBakker
Staartmezen, koperwieken, diverse soorten wantsen en de stofluis. Deze meldingen zijn zondag te horen op de Vroege Vogels Fenolijn (het nummer is 035-6711338). Verder ook nog een bijzondere ontmoeting met een houtsnip en een grote groep sneeuwgorzen die niet bang blijken te zijn voor mensen.
Dick Kortekaas uit Haarlem legt ons in de fenolijn uit dat een stofluis geen luis is en ook niet van stof houdt. Ze komen vaak juist voor in vochtige omgevingen. Binnen het insectenrijk behoren zij tot een eigen orde.Stofluizen zijn kleine insecten van maximaal 4 mm. Hun kleur is wit, grijs of donkerbruin. Sommige soorten zijn gevleugeld, andere hebben helemaal geen vleugels. Ze hebben een zacht lichaam, lange antennen en bijtende monddelen. Daarmee verschillen ze van de bladluis met z'n zuigsnuit.
Stofluis
© bruinekikker
Hij dacht dat het een haar was, George Knottnerus uit Ede, die hij op het kozijn van de voordeur zag. Hij wilde hem weghalen maar plots verschenen er nog zeven “haren” bij. Het blijkt om een spin te gaan, de Opilio canestrinii oftewel de rode hooiwagen. De soort is in 1991 voor het eerst in ons land waargenomen, maar tegenwoordig is het een van onze algemeenste soorten. De rode hooiwagen zit graag op muren, maar komt ook voor in bossen en bosranden.
Rode hooiwagen
© hbrummelhuis
Wil je zelf een eersteling of laatsteling doorgeven, of een hele bijzondere waarneming spreek dan de Vroege Vogels fenolijn in (het nummer is 035-6711338)!
Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.