Een ware appelvinkinvasie is het. De afgelopen maanden zijn recordaantallen overtrekkende exemplaren geteld. Twee- tot driemaal hoger dan in een gemiddeld najaar. Medio oktober vlogen er op één dag 266 appelvinken langs een vogeltelpost bij Den Haag.
Oostelijke vinken
Wat de oorzaak is van de ‘invasie’ is onduidelijk. Appelvinken uit het noorden en oosten van Europa trekken normaal voor een deel in zuidwestelijke richting weg. Een ander deel blijft in de buurt van het broedgebied overwinteren. Wellicht komen ze van verder oostelijk, uit de taiga van Rusland, aldus Vogelbescherming Nederland.
Appelvinken in Nederland leven in de winter van boomzaden, vooral van zaden van Spaanse aak (veldesdoorn), haagbeuk, diverse soorten kersen en taxus. Een appelvink is met zijn imposante snavel en kaken in staat om niet alleen kersenpitten te kraken, maar zelfs die van de kerspruim.
Iets bijzonders natuurlijks gezien, of een eersteling- of laatsteling, bel naar de Vroege Vogels fenolijn op
035-6711338
.