Libellen zijn mooie insecten; hun ogen alleen al zijn ontzettend fascinerend. Zo hebben ze twee joekels van 'kijkers' die eigenlijk uit duizenden mini-oogjes bestaan. Hierdoor kunnen ze uitstekend zien.
Duizenden ogen
Het lijkt alsof libellen ('echte' libellen en waterjuffers) gewoon twee ogen hebben, maar in werkelijkheid hebben ze er tien- tot vijftigduizend. Elk apart ‘oogje’, een visuele eenheid genoemd, heeft een eigen lens waardoor een libel dus tienduizenden lenzen heeft. Andere insecten zoals vliegen hebben er 'slechts' enkele duizenden en kunnen dan ook minder scherp zien.
De aparte lenzen zijn net te zien op een macro-foto. Fotograaf: JancoGrave.
Ontzettend goede ogen
De beelden worden in alle visuele eenheden tegelijk verwerkt door libellen, waardoor ze ongelofelijk goed snelle bewegingen kunnen waarnemen. Met hun samengestelde ogen kunnen ze 360 graden om zich heen kijken. In principe kunnen ze hierdoor naar achteren kijken en hun vleugels op en neer zien klapperen. Het bovenste gedeelte van de samengestelde ogen ziet scherp van op afstand, terwijl het onderste gedeelte vooral scherp dichtbij is.
'Echte' libellen hebben meestal samengestelde ogen die tegen elkaar staan terwijl ze bij juffers juist uit elkaar staan. Fotograaf: JancoGrave
Prooi vangen
Dankzij hun goede ogen kunnen ze goed jagen op vliegende insecten die ze eten. Ze houden hun prooi in het zicht en voorspellen de beweging van hun toekomstige hapje. Hierdoor vangen ze bijna altijd de insecten die ze als doelwit hebben.
Ook handig, de juffer kan zo om het hoekje van een stengel kijken. Fotograaf: JancoGrave.