De laatste jaren duiken steeds meer nieuwe soorten krabben op in ons land. Meegenomen in het ballastwater van grote schepen uit onder andere Azië. De eerste exoot kwam al in 1874 aan in Nederland. Zo arriveerden de Chinese wolhandkrab, de wolkrab en ook de penseelkrab en de blaasjeskrab in Nederland. De invasieve exoten gedijen prima in ons water.
Penseelkrab
Krabbenexpert Reindert Nijland (universitair docent bij Wageningen Universiteit) ontdekte als eerste in 2000 de penseelkrab in Zuid-Nederland. In 2006 had de penseelkrab Vlieland al bereikt en werd er gevreesd voor een teruggang van de inheemse soort: de strandkrab. Maar die angst bleek ongegrond, beide soorten kunnen naast elkaar bestaan; de penseelkrab leeft in de hoge getijdenzone, de strandkrab is gedeeltelijk opgeschoven naar iets dieper water.
Net als de penseelkrab is de blaasjeskrab naar alle waarschijnlijkheid afkomstig uit Azië. De blaasjeskrab heeft een vierkant schild met een rechte voorrand en drie tanden aan de zijkant. De mannelijke krabben hebben een bolle, lederachtige blaas aan de basis van het beweeglijke bovendeel van de scharen.
De zuiderzeekrab is de eerste exotische krabbensoort die zich in Nederland vestigde. Reeds 1874 werd deze krab in de Zuiderzee ontdekt. Jaren later werd pas duidelijk dat het om een uit Noord-Amerika afkomstige krab te gaan. Toen de Zuiderzee in het IJsselmeer veranderde en er zoet water kwam verdween de Zuiderzeekrab uit het gebied. In het brakke water van het Noordzeekanaal en IJ komt het krabbetje nog wel voor.