Chemiebedrijf DuPont ontloopt strafrechtelijke vervolging voor de vermeende vergiftiging van tientallen arbeiders van zijn Dordtse lycrafabriek. Zeker 44 vrouwelijke werknemers denken miskramen, doodgeboren kinderen en andere problemen te hebben overgehouden aan de blootstelling aan het oplosmiddel DMAc. Maar het Openbaar Ministerie heeft niet kunnen bewijzen dat er sprake was van te hoge DMAc-concentraties in de fabriek, heeft het OM de Volkskrant laten weten.
Giftig oplosmiddel
Tussen 1964 en 2004 fabriceerde DuPont in Dordrecht lycragaren, die daarna verwerkt tot kousen en panty's in de winkelschappen belandden. Daarbij stelde DuPont werknemers bloot aan het oplosmiddel dimethylaceetamide (DMAc), ook al was in 1962 al uit dierproeven gebleken dat DMAc schadelijk was voor het ongeboren kind, een bevinding die vanaf eind jaren zeventig door tal van wetenschappelijke studies werd gestaafd en ook bekend was bij DuPont.
Mogelijk kankerverwekkend
Het Openbaar Ministerie doet nog wel strafrechtelijk onderzoek naar DuPont wegens de uitstoot van het mogelijk kankerverwekkende perfluoroctaanzuur (PFOA). Dat gebeurde tussen 1967 en 2012 in DuPonts Dordtse teflonfabriek, waar het bedrijf het inmiddels verboden verspreidingsmiddel gebruikte bij de productie van het in regenjassen, tapijten en antiaanbaklagen verwerkte teflon. Vier jaar geleden constateerde het RIVM dat honderden omwonenden van de fabriek nog altijd gevaarlijk hoge PFOA-concentraties in hun bloed hadden, ook al stootten de fabrieksschoorstenen het zuur toen al vijf jaar niet meer uit.