De titel van deze tip is een grapje. Vogelaar Guus van Duin geeft ons de tip om huismussen te helpen met een zandbak, vandaar. Omdat het aantal huismussen op veel plekken sterk afneemt is elke hulp meegenomen!
Het aantal broedparen van de 'kwajongen' van de avifauna is gehalveerd in de tweede helft van de 20e eeuw. Van zo’n 2 miljoen naar ½ -1 miljoen broedparen. Wat ooit de meest algemene vogel van ons land was is nu een soort die op de Rode Lijst staat.
Je kan de huismus (
Passer domesticus
) op allerlei manieren helpen, door te voeren, door woonruimte aan te biden (de vogelvide!), door water aan te bieden, en dus ook door ze de kans te geven een zandbad te nemen. Volgens Guus van Duin werkt het goed bij hem (in de Amsterdamse Watergraafsmeer). Op een krukje heeft hij een stalen bak staan, gevuld met halfomhalf gewoon zand en schelphoudend zand dat je kan kopen in dierenwinkels waar ze het verkopen voor volières. Die kleine stukjes schelp in volièrezand zijn goed voor de mussenmaag. Het badderen in zo'n zandbak doen de vogels ook om parasieten kwijt te raken. Als je ze ziet in zo'n zandbakje dan lijkt het wel of ze het ook gewoon lekker vinden!
Het IVN schrijft over deze vogel:
"De mus is een sociaal dier en zeer verbonden met zijn omgeving. Een broedpopulatie mussen in een straat zal niet snel ergens anders heen gaan. Ze blijven bij voorkeur hun hele leven in dezelfde straat. Dat betekent dat het ‘’koloniseren’ van nieuwe gebieden niet zo snel gaat. De mussen hoppen maar kleine stukjes. Vandaar dat het goed zou zijn om in de wijken verschillende ‘stapstenen’ te maken. Gebiedjes met voldoende nestgelegenheid, voedsel en veiligheid om het zo mogelijk te maken dat de verschillende mussenpopulaties elkaar kunnen vinden. Dat houdt de mussenstand gezond.
Wat je zelf nog meer kunt doen voor de mus
De huismus is een veeleisende soort. Een goed woongebied heeft eigenlijk zes dingen nodig:
Voldoende nestgelegenheid
Continu voedsel in de directe omgeving van dekking
Inheems groen als leverancier van eiwitrijk voedsel voor de jongen.
Evergreens of meidoorns in hagen of gevelbegroeiing waar ze veilig in kunnen vluchten voor sperwers of katten.
Zandbad, een mooi zanderig stukje waar ze hun verenpak kunnen reinigen van parasieten
Water
Al deze voorzieningen moeten eigenlijk dichtbij elkaar liggen, bij voorkeur binnen een straal van een paar honderd meter. Gedeeltelijk kun je zelf voor deze zaken zorgen, bijvoorbeeld door onderstaande tips op te volgen.
Voedingtips
Klop iedere dag je tafelkleed buiten uit: de broodkruimels voorzien de mussen van voedsel. Richt ook je tuin vogelvriendelijk in, zodat er het hele jaar insecten en zaden te vinden zijn. Je kunt de mussen het hele jaar door blijven voeren met zaden en bruin brood. In de wintermaanden kunnen vetbollen en pinda's een welkome aanvulling op het menu zijn.
Nesttips
Je kunt huismussen nestgelegenheid aanbieden door nestkasten of mussenpotten op te hangen of speciale mussenpannen op het dak te plaatsen. Of zorg dat mussen (weer) onder je dakpannen kunnen komen.
Tuintips
Creëer een slordige tuin, met veel variatie aan struiken en (on)kruiden. Vervang houten schuttingen door een haag of een heg. Hier kunnen vogels in overnachten en schuilen voor gevaar. Een waterpartij wordt vaak gebruikt om in te badderen, zodat het verenkleed in goede conditie blijft. Plaats bijvoorbeeld een drinkschaal, zodat mussen kunnen drinken en baden.