Drone helpt met inventariseren

Om kwetsbare natuur in kaart te brengen, kunnen natuurbeschermers tegenwoordig ook een drone inzetten.

Dat het slecht gaat met de weidevogels, is inmiddels wel breed bekend. Om te voorkomen dat nesten worden weggemaaid, zijn boeren en vrijwilligers druk bezig met het tijdig opsporen van de nesten. Sinds een tijdje is daar een handig hulpmiddel bijgekomen: de weidevogeldrone.

Deze drone is uitgerust met een infraroodcamera die de nesten makkelijk kan vinden met behulp van warmteverschillen tussen eieren of kuikens enerzijds en hun omgeving anderzijds. Voor de herkenning van weidevogelnesten is speciaal software ontwikkeld om de nesten te onderscheiden van bijvoorbeeld een blok hout of andere dieren.

Het vliegen met de drone gaat veel sneller dan het zoeken door vrijwilligers. Bovendien levert de drone meer informatie op. Waar geoefende vrijwilligers nog wel eens een nest missen, zijn de warmtebeelden veel nauwkeuriger.

Het gebruik van warmtebeelden kan natuurlijk ook ingezet worden voor andere dieren dan weidevogels. Bij proefvluchten zijn al adders en ringslangen opgespoord. Ook reekalfjes die vaak verborgen in het gras liggen, zijn met de drone goed te vinden.
Alleen is er nog geen software die deze dieren feilloos kan onderscheiden van hun omgeving. Daarom wordt nu onderzocht op welke hoogte de drone moet vliegen om betrouwbare beelden te krijgen.