Een Openluchtmuseum van de Nederlandse Biodiversiteit, niet in het echt maar op papier. Voorafgaand aan de Biodiversiteitstop van de VN (die in oktober te China van start gaat) lanceert Vroege Vogels samen met de VARAgids een museum. Het museum telt zeven zalen. Deze week zaal 4: het bos.
Ambassadeur
Dood hout is een belangrijk onderdeel van de biodiversiteit in het bos. Verslaggeefster Merlijn Schneiders trekt samen met bosecoloog Jan ten Hoopen de bossen in bij Arnhem. Hier, in de uitlopers van de Veluwe, ligt het loofbos vol met dood hout. Als ‘ambassadeur’ van dood hout vindt Jan ten Hoopen dat er nooit genoeg dood hout is. Want elk soort hout trekt weer een aparte verzameling aan insecten, rot en schimmels aan.
Zoals de groene schelpzwam, de platte tonderzwam en de spekzwoerdzwam, die tref je aan op vochtig hout. Op een droge beuk, iets verderop, ligt het stofzaagsel van klopkevertjes.
Ten Hoopen verwacht dat de komende vijftig jaar de biodiversiteit zal toenemen. Hij hoopt vurig op de komst van de leden van de vliegend hert familie zoals het blauw vliegend hert, het klein vliegend hert en het rolrond vliegend hert. Volgens hem zijn dat de bosbewoners van de toekomst. De bosecoloog hoopt nog meer dingen te zien toenemen de komende vijftig jaar in de bossen van Arnhem, zoals klaverzuring en bosanemoon. En meer dood hout natuurlijk.