Hazelmuis in winterslaap
© Fotograaf Rfoppen5
Veel kleinere zoogdieren, zoals hazelmuizen en egels, houden een winterslaap. Maar ook reptielen en amfibieën die zich in de buurt van water ophouden zoals kikkers. Dieren houden een winterslaap zodat zij tijdens de winter kunnen overleven, zonder energie te besteden aan het zoeken van voedsel. Er zijn veel manieren voor dieren om de winter door te komen - hoe overleven bijvoorbeeld de paling, de grote modderkruiper en de eekhoorn de winter?
De winterslaap, ook wel hibernatie genoemd, is een staat waarin dieren een voortdurende lage lichaamstemperatuur hebben. Deze kan een aantal dagen duren, enkele weken en soms zelfs 8 maanden. Alle lichaamsprocessen worden tot een minimum teruggebracht. Deze drastische vertraging van het lichaam onderscheidt de echte winterslaap van een gewone diepe slaap. Terwijl de stofwisselingssnelheid van het dier vertraagt, daalt zijn gemiddelde lichaamstemperatuur tot net boven het vriespunt en gaat het hart heel langzaam slaan. De temperatuur van een Noord-Amerikaanse bosmarmot kan met meer dan 30 graden Celsius dalen!
Insecten en koudbloedige dieren leggen hun lichaam minder drastisch stil - dit wordt de 'winterrust' genoemd. In deze rust worden dieren af en toe wakker worden om te eten, wat bijvoorbeeld de eekhoorn en de gaai doen. Voordat het koud wordt, zoeken deze dieren heel veel eten bij elkaar en bouwen ze veel vetreserves op.
De winterslaap van de egel begint in oktober/november en duurt tot april/mei. Egels houden hun winterslaap in een winternest, dat wordt gemaakt van droge bladeren. Meestal doen ze dit onder een heg, een stapel houtblokken of bijvoorbeeld onder een schuurtje. Het is niet zo dat egels aaneengesloten slapen. Soms worden ze wakker en veranderen ze zelfs van nest. In het voorjaar, als de nachttemperatuur stijgt en er weer voldoende voedsel is, ontwaken de egels.
Slapende egel
© Fotograaf natasjajuist
Ook onder water wordt er geslapen in de winter. Palingen gaan niet in een echte winterslaap, maar doen het wel rustig aan. De paling graaft zich in en zoekt niet meer naar voedsel waardoor je hem dan ook niet meer kunt zien. Ze eten weinig en hun stofwisseling wordt langzamer, zodat ze minder energie verbruiken. Op de bodem liggen ze te rusten en wachten het voorjaar af. In Nederland verdwijnt hij vaak al rond november en zie je hem pas weer in maart terug. De paling behoort tot de familie van de aal. Lees hier meer over alen in de winter.
Europese paling
© Fotograaf Erling Svensen WWF
De wezel, ook wel bekend als het kleinste roofdier van Europa, slaapt in de winter wel twintig uur per dag! Toch is een 'echte' winterslaap er niet bij voor de wezel. Dit dier moet elke dag eten om op gewicht te blijven. Maar als wezels eenmaal een woelmuis gevangen hebben, gaan ze snel terug naar bed. Het slapen doen ze niet aan een stuk door, ze zijn een paar keer per dag wakker. Dat doen ze in een oud konijnen-, ratten- of muizenhol, lekker warm bekleed met haren of veren.
Wezel
© Fotograaf jansweijer
Kikkers kruipen voor de winterslaap weg in een kuiltje of verlaten holletje van een ander dier of op de bodem van vijvers of sloten. Ze moeten ervoor zorgen dat het een vochtige plek is, anders drogen ze uit. Ze verstijven tijdens hun winterslaap, doordat de beestjes koudbloedig zijn. De lichaamstemperatuur van kikkers is volledig afhankelijk van de temperatuur in hun omgeving. De huid van amfibieën is zo dun dat er zuurstofopname door kan plaatsvinden. Hun hart klop heel langzaam en de ademhaling staat nagenoeg stil. De winterslaap wordt niet alleen door een inwendige “biologische klok” geregeld, het kan ook korter of langer duren, afhankelijk van de temperatuur. Het kan zelfs tijdelijk worden onderbroken.
Bruine kikker
© Fotograaf jvriens
Het dier dat ook helemaal geen winterslaap kent, is de eekhoorn. Bij regen, storm of sneeuw blijft hij hooguit enkele dagen in zijn nest. Met name in de herfst eten eekhoorns extra veel om vetreserves op te bouwen en leggen ze voedselvoorraden aan om de wintermaanden door te komen. Ze verblijven in de wintermaanden het liefst in een nest in een boom(holte), spelonk of hun zelfgebouwde, perfect geïsoleerde nest. Zo kan de temperatuur in een winternest tot 20°C hoger liggen dan de buitentemperatuur. In een speciaal deel van hun nestje, het hibernaculum, genieten ze van hun voedselvoorraad voor het geval ze wakker worden.
Rode eekhoorn
© Fotograaf Geraldine Beks
De grote modderkruiper doet ook aan een soort winterslaap. Hij graaft zich in in dikke modderlagen op de bodem. Dat is echt hun specialiteit: omdat ze ook hun huid gebruiken om adem te halen, kunnen ze een tijdlang zonder stromend water. Ze kunnen zelfs met hun darmen ademhalen uit ingeslikte lucht!
De grote modderkruiper
© Fotograaf Arthur de Bruin
Waar zijn alle vlinder ’s winters eigenlijk? Net als veel insecten laten ze zich niet zien, en overbruggen de winter in een onvolwassen levensstadium. Bijvoorbeeld als eitje, rups of pop. Zo’n pop zit in een stevig jasje, hangend aan een plant of op de grond tussen de bladeren. Maar op diezelfde plekken kun je ook soorten vinden die als volwassen vlinder overwinteren. De citroenvlinder en de gehakkelde aurelia bijvoorbeeld. De dagpauwoog en kleine vos zoeken liever een droog winterhol op. Geliefde plekken zijn schuurtjes en zolders, maar ook bunkers en kelders. Andere geschikte, droge plekken zijn konijnenholen.
Gehakkelde aurelia
© Fotograaf Jacquelines
In deze tijd van het jaar kun je op de vreemdste plekken dieren in winterslaap vinden, vooral de egel. Belangrijk is om goed op te letten bij het wegruimen van dode bladeren en takken! Mocht je dieren verstoren tijdens de winterslaap, laat het beestje dan zo snel mogelijk weer met rust en dek hem toe. Ze zullen dan vanzelf opnieuw in winterslaap gaan.
Bron: Nature Today, Wikipedia, Onze Natuur, Land idee
Meer over:
winterslaapMaandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.