Bij kasteel Doornenburg in de provincie Gelderland, precies waar de Rijn zich opsplitst in de Neder-Rijn en de Waal staat een eik in de rijke rivierbodem, naar men zegt, Nederlands oudste boom, bekend als de ‘duizendjarige eik’. Maar is het wel de oudste?
Onderzoek
Fysisch-geograaf Eddy Weiss geeft het sluitende wetenschappelijke antwoord. Met een aanwasboor, een holle boor, heeft hij een monster genomen en de groeicurve van de eik berekend. Een lastige opdracht want de binnenkant van de boom ontbreekt, alleen de bast staat nog overeind. De kern is al lang verdwenen door rot, brand, spelende kinderen, blikseminslag en zwammen. Toch heeft de bast, dat er als een soort schil staat, een omtrek van ruim zeven meter.
Schijn
Aan het monster dat Weiss uit de boom heeft geboord valt gelijk iets op. De ringen zijn buitengewoon dik, ongeveer 2,6mm. Veel dikker dan een willekeurige andere eik heeft. De boom bij Doornenburg maakt extra veel en extra dik steunhout aan om maar overeind te kunnen blijven staan. Deze en andere gegevens brengt fysisch-geograaf tot een geheel andere leeftijd dan duizend jaar.
Centraal in de regio
Doornenburg staat sinds zijn ontstaan maatschappelijk en geografisch midden in de regio, zo legt onderzoeker Herman Bronkhorst uit. Zoals bijvoorbeeld in het begin van de reformatie, wanneer de spiedtoren wordt gebouwd. De gehele Overbetuwe is er vanuit te zien, van Nijmegen tot Arhnem. Het kasteel, dat officieel een burcht is, diende tijdens de vroege reformatie als een kazerne waar vanuit gezag werd uitgevoerd ten behoeve van het katholicisme en de koning van Spanje.
Kruispunt
Naast de Spaans getrouwe soldaten die de ‘duizendjarige’ eik heeft zien komen in 1556. Kon men er in de loop van de eeuwen ook het Bourgondische leger (1384), het Franse leger (1672), het Duitse leger (1940) en het Geallieerde leger (1945) zien komen én gaan. Zoals waarschijnlijk ook de voormalige bezetters van Doornenburg gebruikten de Duitsers de spiedtoren precies waarvoor deze bedoeld is. De frontlinie lag op gegeven moment op nog geen vier kilometer afstand en deze werd scherp in de gaten gehouden. Maar het mooiste wat nog altijd te zien is vanuit het hoge kasteeltorentje blijft hopelijk nog heel lang de ‘duizendjarige’ eik.