Sinds de jaren tachtig leeft een tiental damherten op het eiland de Haringvreter in het Veerse Meer in Zeeland. Ze zijn er illegaal losgelaten door een boer die het eiland pachtte. Sinds 2000 neemt hun aantal flink toe, tot zo’n 300 dieren nu.
De vraag is nu of de ecologische grens is bereikt. Wat is bijvoorbeeld het effect van al het grazen op de zeldzame planten in het gebied en op de broedvogels? Ook de boeren in de omgeving klagen over de toegenomen damhertenschade. Kortom, is een tweede Waterleidingduinen geboren? Ecologen van
Wageningen Environmental Research
(voorheen Alterra) deden recent onderzoek naar de draagkracht van het gebied ten opzichte van de damherten, en zij zijn van mening dat de groei van de damhertenpopulatie nog niet is bereikt.
Haringvreter
De Haringvreter kreeg zijn naam in de tijd dat het nog een zandplaat was in zee en zeehonden er massaal lagen te rusten. Haringvreters, zo werden de zeehonden vroeger door de vissers genoemd. Na de afsluiting van het Veerse Meer in 1961 is de plaat drooggevallen. De zeehonden zijn ingeruild voor damherten. Nu is de Haringvreter een open en uitgestrekt gebied waar veel vogels overwinteren, waaronder duizenden ganzen, blauwe kiekendieven en brilduikers. Kenmerkend is ook de noordse woelmuis die er veelvuldig voorkomt. Het eiland is in beheer bij
Staatsbosbeheer
.
Damhert, ree en edelhert
Het damhert is groter dan een ree en kleiner dan een edelhert. De kleur van zijn vacht is oorspronkelijk roodbruin, zwart of gevlekt, maar er komen veel kleurvarianten voor. Ook is er een verschil tussen de zomer- en de wintervacht. Bij alle dieren loopt een donkere zogeheten ‘aalstreep’ vanaf de staartwortel over het laatste deel van de rug. De kont van een damhert is meestal wit en wordt de ‘spiegel’ genoemd.