Riedeltje van de heggenmus | Vogelzangcursus

De heggenmus is geen mus en, om met de dichter Jan Hanlo te spreken, hij zegt dus ook geen 'Tjielp!' (Tjielp Tjielp!). Waar de huismus en de ringmus - de 'echte' mussen - een dikke zaadsnavel hebben, heeft de heggenmus een dun snaveltje waarmee hij insecten kan pikken. En het geluid dat daaruit komt omschrijft Dick de Vos als 'het onregelmatig piepende wieltje van een kabouterkruiwagentje'.

In zijn Veldgids Vogelzang onderscheidt Dick de Vos drie soorten zangers: roepzangers, continuzangers en strofenzangers. De heggenmus hoort bij die laatste categorie. De strofes duren een seconde of twee, drie, en zijn vrij schel, met duidelijke klemtonen.

De heggenmus is een van de eerste zangers die na de winter weer van leer trekken. Meestal zingt 'ie vanuit een hoge zangpost, zoals de top van een boom. 

• Schel, hoog
• Korte strofes van 2 - 4 seconden
• Steeds hetzelfde riedeltje
• Klinkt als een onregelmatig piepend wieltje

De heggenmus herken je aan zijn mix van grijze en bruine tinten, en zijn fijne snaveltje. Ondanks het vele voorkomen van de heggenmus is dit vogeltje onbekend. Het liefdesleven van dit vogeltje is toch vrij opmerkelijk. Vaak houdt het mannetje er meerder vrouwtjes op na. Overspel is bij de vrouwtjes ook geen uitzondering.