Vanuit de Hortus Botanicus Leiden is al een tijdje het project Stoepplantjes bezig. Een initiatief om zo de mensen te leren meer oog te hebben voor de wilde planten op de stoep. Planten die vaak door mensen gezien worden als onkruid, maar onkruid bestaat niet, aldus Paul Kessler, prefect van de Hortus. Het is een niet zo fraai woord voor de nuttige stoepplantjes: ze helpen de stad te verkoelen, ze bieden voedsel voor bestuivers en vogels en ze dragen bij aan de biodiversiteit.
In dit project schrijven botanisten en plantenliefhebbers met stoepkrijt de naam bij plantjes die ze tussen de stoeptegels vinden.
Verschillende planten in de straat
Dit stoepkrijten is gelinkt aan een onderzoek van de Universiteit Leiden en de Hortus. Ze roepen ook andere mensen, gewone burgers, op om stukken stoep te adopteren en dan door middel van een zoekkaart aan te geven welke planten er groeien tussen de tegels, op de stoep.
Op deze manier kunnen de onderzoekers erachter komen wat de verschillen in planten zijn binnen en buiten de stad. Maar tegelijkertijd helpt het ook om interesse te wekken bij het publiek, de mensen.
Stoepkrijten in de straat
Hiervoor is er een zoekkaart gemaakt met 52 plantensoorten, en van die soorten de bloeiende en niet bloeiende versie. Gewapend met die zoekkaart en krijt krijgen nu op verschillende plekken in Leiden, maar ook in andere delen van Nederland en Europa, de stoepplanten een naam.
Denk aan kleine ooievaarsbek, schijfkamille, muurleeuwenbek, nagelkruid of herderstasje. Een van de vele soorten nuttige plantjes in de stad.