Bosgeelster icoon voor provincie Noord-Holland

In het Levend Archief stoppen plantenonderzoekers zaden van duizenden wilde plantensoorten. Iedere provincie heeft daarbij één icoonsoort uitgekozen. Voor Noord-Holland is dat de bosgeelster. We gaan mee met de beheerders van Landschap Noord-Holland, die in de Haarlemmer Hout de bosgeelsterretjes met de hand bestuiven, om zo de genetische variatie een beetje te ondersteunen.

Het Levend Archief is een initiatief van Landschappen NL en de Stichting Het Levend Archief. Het project kreeg vorig jaar vleugels door een gift van 1,5 miljoen euro uit het Droomfonds van de Postcodeloterij. Met dat geld wordt een zadenbank aangelegd waar alle denkbare zaden van wilde planten als 'back-up' worden bewaard. Een deel van die collectie zal ook in de beroemde Seed vault (zadenbank) op Spitsbergen worden bewaard, in de 'natuurlijke diepvries' van de permafrost (de permanent bevroren bodem).

De bosgeelster, die door de provincie Noord-Holland in het zonnetje wordt gezet, is een zogeheten stinzenplant. 'Stins' is oud-Fries voor de verdedigingswerken die vroeger op terpen stonden. Nu is het een bredere aanduiding voor 'landgoederen en buitenplaatsen'. De stinzenplanten, zoals sneeuwklokjes maar dus ook de bosgeelster, werden ooit aangeplant op de landgoederen om de gebieden wat meer kleur en daarmee status te geven.

"De bosgeelster is de enige echt inheemse stinzenplant." Dat zegt beheerder Ineke Wynia van Landschap Noord-Holland. "Van nature komt de plant ook op de Hondsrug voor. Maar hier in Haarlem zijn de populaties behoorlijk van elkaar gescheiden. Er vindt daarom geen uitwisseling van stuifmeel meer plaats." Om de genetische diversiteit van de planten een beetje te helpen, bestuift Wynia de bloemetjes voor het provinciehuis, met behulp van meeldraden die ze in een ander Haarlems park heeft verzameld.

Op de Hondsrug en in de landgoederen en bossen van de binnenduinen kun je tot begin april van de bosgeelster genieten. Daarna trekt de plant zich weer terug in zijn bolletje in de grond. "De bloemen hebben er dan ook helemaal geen last van als hier straks op 5 mei weer duizenden mensen in het park komen dansen en feesten", zegt Wynia. "Volgend jaar bloeien ze hier gewoon weer."