Vilmar Dijkstra van de Zoogdierenvereniging volgt al sinds 1993 boommarters op de Veluwezoom. In september vallen de eikels en dit jaar was een extreem goed eikeljaar. Dat betekent veel muizen en dat is kaasje voor de boommarters. Vilmar hangt cameravallen op om “zijn” boommarters te monitoren onder andere tijdens deze eikenmast. Hij kent een aantal individuen die hij al heel lang volgt en doordat hij al van jaren beelden heeft kan hij hele familiegeschiedenissen laten zien.
Neurietje
Het bijzondere aan boommarters is dat ze allemaal een unieke bef hebben. Daar zijn ze individueel aan te herkennen. Vilmar heeft een slim systeem bedacht met een frame en pindakaaspot waardoor de dieren zich oprichten met hun buik naar de camera en hij ze dus eenvoudig kan herkennen. Hij doet er slechts een beetje pindakaas in om hun voeding niet te beïnvloeden. Zoals bijvoorbeeld het vrouwtje Neurietje die hij al zijn hele leven volgt en die hij zo heeft genoemd omdat ze heef fanatiek zijn camera’s aanvalt als hij ze boven het nest houdt om de jongen te tellen. Hij was haar en tijdje kwijt maar heeft haar, samen met haar zoon, toch weer teruggevonden op één van zijn vallen.
Goede ontwikkeling
Het gaat goed met de boommarters in Nederland. Ze breiden hun gebied gestaag uit. Belangrijk voor boommarters is goede nestgelegenheid in holle bomen. Vilmar telt op de Veluwezoom alle holle bomen. In 30 jaar heeft hij het aantal van 200 naar 2000 zien gaan. Dit is mede te danken aan de manier van beheren van Natuurmonumenten die veel meer staand dood hout laten staan. Het voordeel van dode bomen voor boommarters is dat ze warmer zijn van binnen. De rottingsprocessen in de boom veroorzaken de afgifte van warmte. Onderzoeker Vilmar Dijkstra vermoed dat die warmere boomholtes de overlevingskans van boommarters in de winter groter maakt.