Polen moet een half miljoen euro betalen voor iedere dag dat een omstreden Poolse bruinkolenmijn in bedrijf blijft. Het Europees Hof van Justitie legt Polen een dwangsom op om af te dwingen dat de regering in Warschau de mijn voorlopig stillegt, zoals het hof in mei opdroeg. Het is glashelder dat Polen tot op heden nog niet gehoorzaamt, constateert het hof.
Dat doet Polen ook nu nog niet, kondigde het meteen aan. De boete "staat niet in verhouding tot de situatie en wordt niet door feiten gerechtvaardigd", laat Warschau volgens persbureau Reuters weten. Bovendien zou die het alleen maar moeilijker maken om met Tsjechië tot een vergelijk te komen, waaraan volgens Polen wordt gewerkt.
Gevolgen voor het milieu
Polen verlengde vorig jaar opnieuw de vergunning van de bruinkolenmijn van Turów, die vlak bij de grens met Tsjechië ligt, maar bracht toen niet in kaart wat de gevolgen daarvan zouden zijn voor het milieu. Omdat Warschau daarmee het EU-recht zou hebben overtreden, bracht Tsjechië de zaak voor het Europees Hof. Tsjechië dringt al jaren aan op sluiting van de mijn. Die zou het grondwater en daarmee het drinkwater van veel Tsjechen vervuilen.
Tsjechië had het hof om een tien keer zo hoge dwangsom gevraagd. De dwangsom gaat onmiddellijk in, laat het hof weten. Het geld gaat naar de begroting van de Europese Unie.
Voorlopige uitspraak
Het Luxemburgse hof heeft nog geen eindoordeel geveld over de mijn. De uitspraak van mei was voorlopig, in afwachting van het definitieve vonnis.
Polen vroeg het hof om het tussentijdse oordeel in te trekken, onder andere omdat delen van het land daardoor verstoken zouden kunnen raken van verwarming en drinkwater. Maar daarvoor droeg Warschau niet genoeg bewijs aan, vindt het hof.
Polen kreeg al eens een dwangsom opgelegd van 100.000 euro per dag om een eind te maken aan de kap van beschermd oerbos.