Er leven in ons land ongeveer 350 soorten solitaire bijen. Meer dan de helft staat op de rode lijst. Door je tuin met de juiste planten in te richten en nestgelegenheid aan te bieden, kun je ze een handje helpen. De verschillen tussen de soorten solitaire bijen zijn groot en elke familie heeft zijn eigen eigenschappen. In het jaar van de bij zullen we een aantal soorten aan je voorstellen. Deze keer is dat de behangersbij.
Bladsnijders
In ons land leven 13 soorten behangersbijen waarvan 6 soorten min of meer algemeen zijn. Een paar mooie namen: lathyrusbij, Lapse behangersbij, zilveren fluitje, kustbehangersbij, gewone behangersbij, grote bladsnijder, tuinbladsnijder. Behangersbijen bekleden hun nestgangen met bladstukjes waardoor er een kokertje ontstaat. Hierin deponeren ze in een mengsel van stuifmeel en nectar een ei. Als je rozen in de tuin hebt kan het gebeuren dat een stukje van een blad ontbreekt. Geen slordig weggehapt hoekje maar een perfect uitgesneden rond of langwerpig stukje. Hier is een behangersbij aan het werk.
Specialisten
Ze 'knippen' de bladstukjes met hun kaken. Vervolgens vouwen ze het blad behendig onder hun bijenlijf en geklemd tussen hun poten vervoeren ze het naar hun nest. Ze kunnen zowel langwerpige als ronde stukjes knippen. Voor de lengte gebruiken ze langwerpige stukjes, als tussenwandje tussen de verschillende cellen wordt een rond stukje blad gebruikt. Nog een specialiteit van de behangersbij: ze vervoeren het stuifmeel niet aan de achterpoten maar aan de ‘buikschuier’. Dit zijn de stijf afstaande borstelharen aan de onderkant van het achterlichaam. Tijdens hun bloem-bezoeken houden ze hun achterlichaam omhoog gericht om het stuifmeel te kunnen vangen. Ze vliegen op de bloemen van de composietenfamilie maar ook op vlinderbloemigen.
Tekst: Carla van Lingen. Bron: Bijenstichting
Foto: behangersbij van albertine. Kijk voor de nieuwste foto's van deze fotograaf op
Vroege Vogels Fotogalerij