Twee Sumatraanse tijgers, een soort die met uitsterven wordt bedreigd, herstellen in Indonesië van een besmetting met het coronavirus. Een van de dieren begon vorige maand in een dierentuin verdachte ziekteverschijnselen te vertonen, zoals hoesten, ademhalingsproblemen en een verlies van eetlust. Later kreeg ook een andere tijger klachten.
De negenjarige tijger Tino en de twaalfjarige Hari hebben positief getest en zijn behandeld met antibiotica en andere middelen, bevestigen de lokale autoriteiten in Jakarta zondag. De toestand van de Sumatraanse tijgers zou al verbeteren en waarschijnlijk zullen ze weer opknappen.
Uiterst zeldzaam
Sumatraanse tijgers zijn zeer zeldzaam en komen alleen voor op het Indonesische eiland Sumatra. Er leven daar volgens natuurorganisaties nog maar enkele honderden van de dieren in het wild. Het is voor zover bekend de eerste keer dat in Indonesië uit een test is gebleken dat dieren besmet zijn geraakt met het coronavirus.
Internationaal komt het wel vaker voor dat dieren het virus oplopen. Er zijn gevallen bekend van honden en katten die positief hebben getest. In een Indiase dierentuin overleden in juni volgens lokale media ook meerdere leeuwen nadat ze besmet waren geraakt met het coronavirus. Dat leidde daar tot extra veiligheidsmaatregelen om verspreiding van het virus te voorkomen.
Bron onbekend
Er bestaat veel bezorgdheid over de overdracht van het coronavirus tussen dieren en mensen. Meerdere landen, waaronder ook Nederland, hebben uit voorzorg miljoenen nertsen laten ruimen omdat die dieren erg vatbaar zouden zijn voor het coronavirus.
De autoriteiten in Jakarta weten nog niet hoe Tino en Hari zijn blootgesteld aan het virus. De dierentuin was op last van de overheid dicht toen de dieren ziekteverschijnselen begonnen te vertonen. Een lokale functionaris zegt dat is uitgezocht wie er toen dienst hadden in de Ragunan Zoo, maar die medewerkers lijken het virus niet te hebben verspreid.