Mopsvleermuis
© Joris Verhees
Voor het allereerst in de Nederlandse geschiedenis werd deze maand de kraamkolonie van de mopsvleermuis ontdekt. Medewerkers van de Stichting Vleermuizenvangen vingen een dier in de omgeving van Winterswijk maar kwamen er al snel achter dat het niet om één enkel exemplaar ging, maar om een groep dieren: een (deel van een) kraamkolonie. De mopsvleermuis komt in vrijwel heel West – Europa voor, maar bijna nergens in hoge dichtheden. Het is een zeldzame soort die onder druk staat.
Tijdens tellingen in de winter zijn tot begin jaren negentig enkele mopsvleermuizen in ons land aangetroffen, daarna nooit meer. Waarnemingen in de zomer zijn er heel weinig, slechts drie tot 2017. Een verblijfplaats in Nederland, laat staan een kraamverblijfplaats, was tot zover niet bekend.
In de omgeving van Winterswijk, net over de grens bij Duitsland zijn al langer kraamverblijven van mopsvleermuizen bekend. Vanaf april komen vrouwtjesvleermuizen samen in kraamkolonies en vanaf juni worden de eerste jongen geboren. De draagtijd bedraagt tussen 40 en 80 dagen, afhankelijk van het voedselaanbod.
© Mopsvleermuis. Bron: Wikimedia, C. Robiller - Naturlichter.de
De mopsvleermuis is makkelijk te herkennen aan zijn gedrongen gezicht en brede oren.Een spanwijdte tussen 24 en 29 centimeter. De ogen zijn klein en de snuit doet denken aan een mopshond. De oren zijn zo breed dat elkaar soms in het midden van de kop raken, vandaar de bijnaam van de mopsvleermuis: ‘dwarsoor’. De mopsvleermuis kan maar liefst 20 jaar oud worden. Vrouwelijke mopsvleermuizen blijven heel hun leven trouw aan hun geboorteplek en keren dus ieder jaar terug naar dezelfde kolonie. De kans is dus groot dat de kraamkolonie nabij Winterswijk volgend weer weer vol vrouwtjes en jongen zit.
Bron: Zoogdiervereniging
Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.