Aanpak resten paraffine op zee en strand
• 06-05-2018
• leestijd 2 minuten
© bron: pixabay
Nieuwe afspraken moeten voorkomen dat schepen vanuit Nederlandse havens waswater met paraffinen, zoals kaarsvet, op zee lozen. Minister Cora van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Waterstaat) wil dat schepen die dergelijke stoffen vervoeren naar de havens van Rotterdam en Moerdijk hun vervuilde schoonmaakwater afgeven in deze havens. Zij krijgen hiervoor vanaf nu, onder voorwaarden, een vergoeding. De minister zette vandaag, 7 mei 2018, samen met onder meer reders, verladers en de haven van Rotterdam een handtekening onder de afspraken.
Minister Van Nieuwenhuizen: ‘Ik vind het niet meer van deze tijd om paraffineresten op zee te lozen. Deze nieuwe aanpak helpt om onze stranden schoon te houden en voorkomt daarmee hoge opruimkosten. Verder voorkomt het dat vissen, zeezoogdieren en vogels paraffineresten opeten. Maar het houdt voor mij niet op met het maken van nationale afspraken met de sector zelf. Mede door de inzet van Nederland wordt er internationaal gewerkt aan nieuwe regels die ervoor zorgen dat er minder paraffine in zee en op het strand terechtkomt.’
Internationale afspraken
Nederland loopt met de afspraken voor op de goedkeuring van strengere internationale regelgeving op het gebied van lozingen op zee van waswater met paraffine-achtige stoffen. Deze regels worden vastgesteld via de Internationale Maritieme Organisatie (IMO), waarvan 173 landen lid zijn. Omdat het om een mondiaal verdrag gaat, geldt bij de IMO een wijzigingsprocedure die ongeveer twee jaar duurt. De verwachting is dat de aangescherpte voorschriften op zijn vroegst in 2021 mondiaal van kracht worden.
Goed voorbeeld
Op initiatief van Nederland is in oktober 2017 bij de IMO een voorstel aangenomen waarmee de nieuwe, strengere regels in bepaalde regio’s, bijvoorbeeld in de Noordzee, eerder in werking kunnen treden dan in andere regio’s. De vandaag gemaakte afspraken worden door Nederland onder de aandacht gebracht bij de IMO, als goed voorbeeld voor andere landen. Het Verenigd Koninkrijk en Zweden hebben al aangegeven vooruitlopend op de aanscherping van de internationale regelgeving ook niet te willen afwachten en zijn geïnteresseerd in de Nederlandse aanpak.
Deelnemende partijen
De aanpak tegen paraffinelozingen op zee is een samenwerking tussen het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, het Havenbedrijf Rotterdam, Koole Terminals, Bolsius International, de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reders, Stichting de Noordzee en Rijkswaterstaat.
Bron: Rijksoverheid