Het gedachtengoed van de Amerikaanse schrijver James Baldwin (1924-1987) is nog altijd pijnlijk relevant.
‘Wat jullie niet kunnen accepteren is dit: jullie hebben het altijd over een minderheidsprobleem. En zwarte of niet-witte mensen zijn in Europa inderdaad in de minderheid. Maar op aarde zijn we geen minderheid. Jullie zijn de minderheid. En daar kunnen jullie niet tegen. Het enige wat jullie echt hebben zijn space shuttles, banken en wapens. Maar wat jullie niet meer hebben is ik. Ik, ik ik. Ik de slaaf. Ik de neger. Ik, het zwartje dat ooit alles geloofde dat jullie mij wijs maakten.’
Bovenstaand fragment dook afgelopen zomer op, toen psychiater Glenn Helberg – tijdens de Tweede Kamer-verkiezingen nog lijstduwer bij Artikel1 – te gast was in Zomergasten. Het komt uit een interview met James Baldwin, de zwarte schrijver en sociale criticus, toen hij in 1981 in Amsterdam was. In het interview zegt Baldwin ook dat we in Nederland wel met verbazing kunnen kijken naar het racisme en de daaruit voortvloeiende problemen in de VS, maar dat er in Nederland vrijwel hetzelfde gebeurt.
Voor zijn dood in 1987 werkte Baldwin aan een boek over Malcolm X, Medgar Evers en Martin Luther King, leiders van de Amerikaanse burgerrechtenbeweging in de jaren 60. ‘Ik wil dat die drie levens elkaar reliëf geven’ schreef Baldwin, ‘zoals ze dat in werkelijkheid ook deden. Zodat hun gruwelijke reis een les kan zijn. Voor de mensen die ze zo lief hadden, die hen verraadden en voor wie ze hun levens hebben gegeven.’ Dat boek, Remember This House, kwam nooit af, maar het manuscript ervan werd de basis voor het vorig jaar verschenen I Am Not Your Negro, een film niet zozeer over James Baldwin, maar de door hem vertelde geschiedenis van ras in de VS.
Al als kleine jongen bleek James Baldwin gezegend met intellectueel talent. Toen hij negen was schreef hij een toneelstuk voor zijn school en op zijn dertiende publiceerde hij zijn eerste verhaal. ‘Ik wist dat ik zwart was, natuurlijk,’ citeert de Amerikaanse publieke omroep PBS Baldwin in een artikel over zijn essay-collectie The Price of the Ticket. ‘Maar ik wist ook dat ik slim was. Ik wist niet hoe ik precies mijn hoofd moest gebruiken, of zelfs of dat überhaupt kon, maar dat was het enige dat ik hoefde te gebruiken.’
Het is misschien niet helemaal gepast om een soort Wikipedia-achtig riedeltje over een van de belangrijkste schrijvers uit de Amerikaanse geschiedenis te houden. Wie Baldwin echt goed wil begrijpen, hem kennen, moet zijn werk lezen. Zijn gebundelde essays Notes of a Native Son uit 1955, over ras in Europa en Amerika; of The Fire Next Time, het eerste essay ooit dat, volgens PBS, 41 weken lang tot de top vijf van de New York Times-bestsellerlijst behoorde. Maar als dat te veel gevraagd is, reserveer dan tenminste anderhalf uur de tijd voor I Am Not Your Negro.
In de hoop het racisme in de Verenigde Staten te ontsnappen, verliet Baldwin op zijn 24ste Amerika voor Parijs, waar hij onder andere betrokken raakte bij de culturele stroming Rive Gauche. Het was ook in Parijs dat hij op een ochtend de foto van de 15-jarige Dorothy Counts op de voorpagina’s van de kranten zag prijken. Counts was een van de eerste zwarte leerlingen op de Harry Harding Highschool in Charlotte, North Carolina en werd op weg naar haar eerste schooldag bespuugd en bespot door een woedende witte menigte.
Baldwin vond dat hij en andere prominente zwarten Counts in de steek hadden gelaten. Zij hadden er voor haar moeten zijn, hadden met haar moeten meelopen. Het voorval deed Baldwin besluiten terug te keren naar de Verenigde Staten en is het beginpunt van I Am Not Your Negro.
In de film vertelt Baldwin eloquent, kalm en tegelijkertijd vlijmscherp hoe het is om zwart te zijn in Amerika. ‘Voor zwarten geboren in deze schitterende republiek weet je niet beter: vanaf je geboorte is alles wat los en vast zit, elk gezicht wit. En omdat je nergens een spiegel hebt, denk je dat zelf ook te zijn. Daarom is het een enorme schok als je vijf of zes of zeven jaar oud bent en ontdekt dat je juichte toen Gary Cooper (een grote filmster in de jaren) indianen doodschoot – maar dat jij de indiaan was. Het is een schok om te ontdekken dat het land waar je geboren bent, en waaraan je je leven en identiteit dankt, in de alledaagse werkelijkheid geen plaats heeft ingeruimd voor jou.’
Tegelijkertijd zag Baldwin – die in tegenstelling tot Malcolm X of Martin Luther King zichzelf meer als chroniqueur of getuige van de beweging, dan als activist zag – het onderscheid tussen zwart en wit in de Verenigde Staten als een humanitair probleem. ‘Het is geen rassenprobleem. Het probleem is: ben je bereid oprecht naar je leven te kijken, er verantwoordelijk voor te zijn en het dan te veranderen. Ons groter westerse huis is één huis en ik ben daar kind van. Ik ben alleen het meest verachte kind van het huis. Omdat Amerikanen niet onder ogen kunnen zien dat ik vlees van hun vlees ben, been van hun benen, geschapen door hen. Mijn bloed, mijn vaders bloed zit in deze bodem.’
Baldwin vertelt bijvoorbeeld ook over een witte vriendin die hij ooit had, maar met wie hij niet samen naar buiten durfde. ‘Uiteindelijk zijn we nooit samen de deur uit gegaan. Het was veel veiliger voor haar om alleen over straat te gaan dan met mij. Een meedogenloos en vernederend feit dat elke relatie die zij en ik hadden kunnen hebben onmogelijk maakte.’
Zijn woorden, zinnen en verhalen zijn fijnbesnaard, literair, poëtisch, maar de boodschap steeds weer een mokerslag. Zo is I Am Not Your Negro een meedogenloze en tegelijkertijd geweldige aanklacht tegen de door en door verdorven Amerikaanse cultuur. ‘Die volhardt in kleingeestigheid. Eenvoud wordt als Amerikaanse deugd beschouwd, net als oprechtheid. Als gevolg hiervan wordt onvolwassenheid gezien als deugd. Iemand als John Wayne die indianen berispt in zijn films, was niet genoodzaakt volwassen te worden.’
Het probleem van Amerika, zei Baldwin, was de enorme kloof tussen wat de Amerikaan in zijn cultuurconsumptie kreeg voorgeschoteld en de realiteit; tussen hoe mensen zich in hun privéleven voelden en gedroegen en hoe ze dat naar de buitenwereld toe lieten zien.
Dit staat natuurlijk allemaal in de verleden tijd opgeschreven, maar I Am Not Your Negro illustreert met de vele actuele fragmenten (soms weet je niet meer of je naar beelden van veertig jaar of vier jaar geleden kijkt) dat het gedachtegoed van James Baldwin dertig jaar na zijn dood nog onverminderd contemporain – en pijnlijk relevant – is.
I Am Not Your Negro, zondag 14 juni 2020 om 23.15 uur op Canvas.
Dit artikel is een herplaatsing uit 2018.
Bekijk ook onze top 10 met Black Lives Matter-documentaires.