Jane Campion (The Piano) is terug met het broeierige drama The Power of the Dog.
Soms realiseer je je pas hoe erg je een filmmaker gemist hebt, wanneer je plots geconfronteerd wordt met nieuw werk. Dat overkwam me tijdens het kijken van het broeierige drama The Power of the Dog , de eerste film van Jane Campion ( The Piano ) sinds Bright Star uit 2009 (ze maakte tussendoor nog wel de serie Top of the Lake ).
Vanaf de allereerste scène weet je dat je bij haar in goede handen bent: de camera kijkt vanuit een huis naar buiten, naar een wijds landschap vol dorre grond, bergen en een klein streepje lucht (Nieuw-Zeeland, dat dienstdoet als Montana in 1925). De camera volgt door de gaten van de ramen een solitair figuur, die met wijde en zelfverzekerde stappen naar zijn bestemming loopt. Die figuur is Phil Burbank (Benedict Cumberbatch, Sherlock ), een geharde en welgestelde rancher, die samen met zijn jongere broer George (Jesse Plemons, Fargo ) een paardenranch bestierd.
Phil is duidelijk de alfa binnen het bedrijf en de familie, zowel vereerd als gevreesd. Alsof het niets is castreert hij jonge stieren met zijn blote handen. Met zijn superieure intellect doet hij iets soortgelijks bij iedereen die hij minderwaardig acht (dus feitelijk de complete mensheid). Ook George, die hij graag ‘Fatso’ noemt, moet het vaak ontgelden.
Toch kan Phil niet voorkomen dat George achter zijn rug om trouwt met Rose (Kirsten Dunst, in het echt ook getrouwd met Plemons, die ze tijdens de opnames van Fargo ontmoette), een weduwe met een jongvolwassen zoon, Peter (Kodi Smit-McPhee, The Road , Let Me In ). Wanneer Rose haar intrek neemt op de ranch, hou je als kijker dan ook je hart vast.
Toch laat het verloop van het verhaal – gebaseerd op het gelijknamige boek van Thomas Savage – zich minder makkelijk voorspellen dan aanvankelijk gedacht. Dat komt vooral door het Phil-personage. Ja, Phil is het schoolvoorbeeld van ‘toxic masculinity’ (giftige mannelijkheid), een man die ook nog eens openlijk plezier beleeft aan het verzieken van de levens van de mensen om hem heen. Rose is daarbij eigenlijk bijna een te makkelijk doelwit.
Dat hij meer is dan alleen een wrede, hoogopgeleide bullebak, wordt pas duidelijk wanneer mensen, zoals George, opeens niet automatisch naar zijn pijpen dansen. Zo blijkt ook Peter, met zijn grote reeënogen, witte, gesteven blouses en onzekere tred, een hardere noot om te kraken. Beetje bij beetje bikt Campion het harde vernislaagje af.
Pas in de allerlaatste scène laat Campion alle kaarten zien. Het einde is onverwacht, maar voelt niet als valsspelen. De broodkruimels lagen er, we hadden ze alleen niet gezien voor wat ze waren.
Onze nieuwsbrief ontvangen? Iedere vrijdag de nieuwste series en films in je inbox! Meld je hier aan.
The Power of the Dog is een film die nog lange tijd in je hoofd rond blijft zingen. Zoals goede films dat kunnen doen.
The Power of the Dog, vanaf 1 december 2021 op Netflix