De Amerikaanse Dani gaat werken als au-pair in een afgelegen Engels landhuis. Wat kan daar nou verkeerd bij gaan?
‘Wat is het addertje?’ Dat is wat Henry Wingrave (Henry Thomas, The Haunting of Hill House , E.T.) aan het einde van het interview graag van Dani Clayton (Victoria Pedretti, The Haunting of Hill House) wil weten. Waarom wil Dani, een jonge basisschoollerares uit Amerika, zo graag gaan werken als au-pair in een afgelegen Engels landhuis? Dani kaatst de bal snel terug: de vacature staat al zes maanden open. Waarom heeft Henry nog niemand gevonden om op zijn geweldige neefje Miles (Benjamin Evan Ainsworth) en nichtje Flora (Amelie Bea Smith) te passen?
Bedenker Mike Flanagan (Hush, Doctor Sleep ) maakte het met The Haunting of Hill House al duidelijk: voor grote hoeveelheden bloed en schrikeffecten moet je hier niet zijn. Beide series laten zich misschien beter omschrijven als psychologische drama’s met spoken dan als volbloed horror. (Net als Hill House is Bly Manor losjes gebaseerd op een boek: The Turn of the Screw van Henry James.)
Dat het spookt in Bly Manor, het imposante landhuis waar Dani haar tijd door zal gaan brengen, staat buiten kijf. Vooral bij het gedrag van Flora gaan alle alarmbellen rinkelen. Ze is allereerst veel te opgewekt, alles is ‘volmaakt fantastisch’, al waarschuwt ze Dani wel dat ze onder geen beding ’s nachts haar slaapkamer moet verlaten. Wellicht heeft het iets te maken met de griezelige poppen die zich op verschillende plekken in haar poppenhuis bevinden. En wat dreef de vorige au-pair (Tahirah Sharif) ertoe om zichzelf te verdrinken in het nabijgelegen meer? Alle tekenen hangen aan de wand, alleen is Dani te veel in haar eigen gedachten verzonken om het te zien. Zij wordt namelijk achtervolgd door een van haar eigen demonen: een donker silhouet, met blinkende brillenglazen (denk Elijah Wood/Kevin in Sin City) die op willekeurige momenten in spiegels opdoemt.
Was de opbouw van The Haunting of Hill House al traag, die in Bly Manor is waar mogelijk nog trager, met een nog lagere frequentie aan echte gruwelmomenten. (De enige echte marteling die je in de serie vindt zijn de treurige pogingen van acteurs Henry Thomas en Oliver Jackson-Cohen - het titelpersonage in The Invisible Man - om met een Brits dan wel Schots accent te praten. Jackson-Cohen, ook in Hill House, is de onbetwiste zwakste schakel.) Wat niet per se een nadeel is. Wat de serie mist aan gorigheid en actie maakt het goed met sfeer en karakterontwikkeling.
Stralend middelpunt is hierbij opnieuw Pedretti. Het is dat IMDb me zegt dat het zo is, anders had ik haar niet herkend als Nell Crain uit The Haunting of Hill House, het meest tragische lid van de Crain-familie, die al sinds ze een klein meisje was wordt bezocht door een angstaanjagende vrouw met een verwrongen nek. Toch zijn Nell en Dani niet compleet verschillend. Dani is dan misschien wel blond en bruisend, maar ook zij draagt een trauma met zich mee. Dat deze serie toch net iets minder onvermijdelijk noodlottig aanvoelt komt mede door Dani’s nieuwe Bly Manor-collega’s: de immer opgewekte kok Owen (Rahul Kohli, Ravi in iZombie), vriendelijke huishoudster mevrouw Grose (T’Nia Miller, Years and Years) en tomboy tuinierster Jamie (Amelia Eve).
Bly Manor biedt niet het hartverscheurende familiedrama van Hill House, met als hoogtepunt aflevering 5 (The Bent-Neck Lady), waarin Nell Crain achter de identiteit van haar stalkergeest kwam. Maar het is wel een uiterst sfeervolle en licht onheilspellende serie, waarin de kijker die volhoudt wel degelijk wordt beloond.
The Haunting of Bly Manor S01, vanaf 9 oktober 2020 op Netflix