Dat Blitz Bazawule getalenteerd is, staat buiten kijf. De in Chana opgegroeide Amerikaanse filmmaker is de ultieme universele mens: hij schrijft (romans, twee jaar geleden verraste hij met zijn eerste boek, The scent of burned flowers), hij maakt en produceert muziek, is een begenadigd schilder én hij maakt films. In 2018 kwam zijn goed ontvangen debuut uit, The burial of Kojo, over een meisje dat terugkijkt op haar jeugd en dan vooral op de poging om haar vader te redden die vermist raakt tijdens een illegale mijnexpeditie in het op palen gebouwde dorp Nzulezo in Ghana. En nu prijkt zijn naam met sierlijke letters bij de credits van The color purple, een film met een groot budget. Groots is-ie zeker, deze bijna drie uur durende film gebaseerd op de Pullitzer Prijswinnende briefroman van Alice Walker. Hoewel er natuurlijk al eerder een film van werd gemaakt – in 1985, door Steven Spielberg – lijkt deze versie niet zozeer een remake daarvan als wel een ver- filming van de Broadwaymusical die eerst tussen 2005 en 2008 was te zien en toen nog een keer een succesvolle reprise had tus sen 2015 en 2017. Net als bij die uitvoering waarbij critici zich afvroegen of het onderwerp – een opgroeiend zwart meisje in landelijk Georgia aan het begin van de 19de eeuw die in brieven aan God vertelt over al haar ontberingen, waaronder incest, een tienerzwangerschap en later, een gewelddadige echtgenoot – zich wel leent voor een musical waarin acteurs te pas en te onpas in zang en dans uitbarsten, is het bij de film even wennen, vooral omdat Bazawule daarbij ook al niet koos voor een ingehouden kleurpallet of gematigde sfeerbeelden. Nee, hij ging all the way. En als we all the way zeggen, dan bedoelen we het ook. Groots, meeslepend en hier en daar een tikje, nou ja, over de top.
Maar het gekke is dat wanneer je Blitz Bazawule ontmoet – hij houdt audiëntie in een Londens hotel met in zijn kielzog zijn vrouwelijke hoofdrolspelers Fantasia Barrino, Danielle Brooks en Taraji P. Henson – de film eigenlijk meer gaat leven. Ook al is de mores om artistieke producten los te zien van de maker, werkt het hier in het voordeel van de film. Bazawule is aardig, dat sowieso, maar het is ook al snel duidelijk dat hij met alles wat er van hem verwacht werd – want begin er maar eens aan, terwijl Steven Spielberg en Oprah Winfrey als executive producers over je schouder meekijken, alsmede heel zwart Amerika, alsmede woke Amerika, alsmede critici, een film te maken die het boek eert, recht doet aan de tijd en toch ook staat in de tijd dat het verhaal zich afspeelde.
‘Om het gelijk maar recht te zetten,’ zegt Basawule, die gekleed in een scherp pak en met zijn half wit half zwarte schoenen lijkt op een tapdanser uit een voorbije tijd. ‘Probeer de film niet te vergelijken met wat eerder is verschenen. Ja, de personages zijn bekend, het verhaal is beroemd, maar we hebben vooral geprobeerd om een zo origineel mogelijke film te maken. En volgens mij is dat erg goed gelukt.
Er zitten scènes in die niet in het boek zitten, noch in de vorige film, noch in de musical.’ Hij glundert. En noemt dan op: alle scenes waarbij we in het hoofd en in de verbeelding van Celia zitten (gespeeld door Fantasia Barrino, red.). ‘In onze film is zij veel minder een slachtoffer. Ze neemt haar verantwoordelijkheid. En dat past. Bij onze tijd, en onze generatie.
’De tagline van de film luidt niet voor niets: ‘Not your mothers Color’
Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief