Vanaf vandaag staan alle afleveringen Gilmore Girls op Netflix. Hoe leuk is de serie nu, als je ermee bent opgegroeid?
Niet alle series die je in je jongere jaren geweldig vond, doorstaan de tand des tijds. Het belangrijkste bewijsstuk: mijn – nu onbegrijpelijke – adoratie voor That 70s Show. Gilmore Girls , daarentegen, slaagt met vlag en wimpel.
Natuurlijk, sommige referenties en accessoires zijn in deze serie over de vrolijke, koffieslurpende Lorelai (Lauren Graham) en haar iets bedeesdere maar even gevatte en cafeïneverslaafde dochter Rory (Alexis Bledel) onvermijdelijk gedateerd (Blauwe iMacs!, uitklaptelefoons!) maar hun vlijmscherpe dialogen zijn nog steeds jaloersmakend. Als in een klassieke screwball komedie met Katharine Hepburn en Spencer Tracy schermen de vrouwen met woorden, pingpongen ze met voetzoekers.
Natuurlijk zijn er mannen in hun leven – Rory’s drieluik van puppy Dean, rebel Jess en ladies man Logan en Lorelai’s gejojo tussen jeugdliefde Christopher en ruwe bolster Luke – maar uiteindelijk zijn het de vrouwen die in Stars Hollow (en omstreken) de scepter zwaaien, van de immer goedgemutste kok Sookie (Melissa McCarthy), de deels terriër deels terminator Paris (Liza Weil) en – natuurlijk – de derde Gilmore Girl van de serie: Emily (Kelly Bishop), de matriarch van huize Gilmore. Als Rory en Lorelai pingpongen met voetzoekers, badmintont Emily met actieve handgranaten.
Terugkeren naar Stars Hollow – ter voorbereiding op de nieuwe miniserie – is als een warm bad, maar er zijn ook gewijzigde omstandigheden. Ik ben anders. De eerste keer dat ik keek was ik een Rory, bezig met een eerste vriendje, op weg naar de universiteit. Nu ben ik een Lorelai, met volwassen verantwoordelijkheden (baan, huis, kind). Flink wat jaren ouder, hopelijk ietsje wijzer en nog steeds stikjaloers op het conversatietalent van twee dames genaamd Gilmore.