COC: "Nederland heeft moeite met zichtbaarheid lhbti's"

Men schijnt weinig of geen moeite te hebben met het universeel huwelijk (homohuwelijk in de volksmond), het recht om te leven zoals homoseksuele mannen en vrouwen zelf willen en een homoseksuele oriëntatie van een leerkracht. En in vergelijking met andere Europese landen denken wij positief over homoseksualiteit.

Laatstgenoemde is een opvallend gegeven. Deze week kwam namelijk de Europese Rainbow Index uit, hier staan in hoe wetten en regels de rechten van de lhbt-gemeenschap beschermen. Nederland staat niet langer in de top tien… namelijk op de elfde plek. Malta is de koploper en Azerbeidzjan staat op de laatste plaats.

 
Ondanks de 74 procent van de Nederlanders die positief is over homoseksualiteit, zijn ook negatieve opvattingen duidelijk zichtbaar:

-      13 procent vindt dat homoseksuelen en heteroseksuelen géén gelijke rechten moeten hebben met betrekking tot adoptie

-      29 procent neemt aanstoot aan twee zoenende mannen en 20 procent aan twee zoenende vrouwen

-      21 procent heeft moeite met twee mannen die hand in hand lopen

“We zijn er ambivalent over.”, zegt COC-voorzitter, Tanja Ineke. “Ik vind het mooi dat zo veel mensen positief zijn en tegelijkertijd zie je dat mensen moeite hebben met zichtbare lhbti’s. Ik wil in een land leven waar we allemaal onszelf kunnen zijn. Waar je je zo vrouwelijk of mannelijk kunt gedragen als je zelf wil.”

"Zolang ik niet hand in hand kan lopen zonder te worden uitgescholden hebben we nog veel te doen" - Tanja Ineke 

Volgens Ineke mogen we ons ongelofelijk gelukkig prijzen, vergeleken met andere landen. “In 72 landen is homoseksualiteit nog steeds strafbaar, of staat er zelfs de doodstraf op. Tegelijkertijd zien we dat zeven van de tien lhbt’s met enige vorm van verbaal of fysiek geweld te maken krijgt. Dat heeft met die zichtbaarheid te maken. We maken kleine stapjes vooruit, maar zolang ik niet hand in hand kan lopen zonder te worden uitgescholden hebben we nog veel te doen.”, aldus Ineke.

 “Positieve koppen in de krant. Dat mag ook wel een keer.”, zegt Hans Prummel, hoofdredacteur van de Gaykrant . “Er gaat nauwelijks een dag voorbij zonder berichten over homohaat, antihomogeweld en ander onvriendelijk gedrag tegen LHBT+. Deze 'positieve' cijfers' zeggen mij dus ook erg weinig. Het gevoel van onveiligheid in de openbare ruimte voor LHBT+-ers neemt toe. Dat onderwerp vind ik veel belangrijker.”

"Je mag het wel zijn, maar je mag het niet laten zien" - Hans Prummel 

“Het komt mij allemaal erg sociaal wenselijk over. Het onderzoek lijkt te gaan over tolerantie, wat bijna neerkomt op 'onverschilligheid'. Wat we nodig hebben is acceptatie, waarbij twee zoenende mannen of twee vrouwen net zo normaal worden gevonden als een man en een vrouw die zoenen.”

Mannen die hand in hand lopen worden volgens Hans door een hele grote groep ook niet geaccepteerd. “Dat blijkt ook uit de vele geweldincidenten gericht op homo's de laatste tijd. Je mag het wel zijn, maar je mag het niet laten zien.”

Lotte Scholten (25) woont in de binnenstad van Utrecht en valt op vrouwen. Ze is betrokken bij het Midzomergracht festival – een feest voor meer acceptatie van seksuele- en genderdiversiteit en meer zichtbaarheid van de Utrechtse LHBTI+-gemeenschap bij een zo groot mogelijk publiek.

 “Ik denk dat Utrecht een van de prettigere plekken is om te wonen in Nederland qua acceptatie. Ik durf op zich hand in hand te lopen en te zoenen in het openbaar. Maar ik heb dan vaak wel nog een stemmetje in mijn achterhoofd dat zegt wat ik doe niet de norm is en ik zomaar een opmerking kan verwachten. Wat helaas ook weleens gebeurt.”

Het percentage dat aanstoot neemt aan zoenende vrouwen is lager (20%) dan zoenende mannen (29%). “Dat vind ik natuurlijk onzin. Ik denk dat zoenende vrouwen daarentegen vaker denigrerende en seksistische opmerkingen krijgen van mannen, die het juist iets te leuk vinden om te zien. Dat vind ik heel naar. Ik ben benieuwd wat de publieke reacties waren geweest als SuitSupply een reclameposter had gehad met twee zoenende vrouwen in plaats van mannen.”, aldus Lotte Scholten.